Slapend dienstverband

Een slapend dienstverband is een dienstverband dat na 104 weken arbeidsongeschiktheid niet is beëindigd, terwijl de werknemer geen werkzaamheden meer uitvoert en er geen loon meer wordt betaald.

 

Veel werkgevers vinden het niet redelijk dat zij na twee jaar loondoorbetaling bij ziekte ook nog een transitievergoeding moeten betalen. Door het dienstverband slapend te houden, hoefden ze geen transitievergoeding te betalen. Tot voor kort. Want op grond van een uitspraak van de Hoge Raad (november 2019) is de werkgever in voorkomende gevallen verplicht deze te beëindigen en de werknemer een transitievergoeding te betalen.

Wat heeft de Hoge Raad geoordeeld?
Ondanks de al aangekondigde compensatieregeling (zie hieronder), hielden werkgevers nog veel dienstverbanden slapend. Lagere rechters oordeelden er wisselend over of dit mocht. Dit heeft ertoe geleid dat een rechter in Limburg vragen heeft gesteld aan de Hoge Raad. Die oordeelde op 8 november 2019 dat als een werknemer een verzoek doet om zijn arbeidsovereenkomst na 104 weken arbeidsongeschiktheid met wederzijds goedvinden te beëindigen, de werkgever daar als goed werkgever mee akkoord moet gaan (′Xellanorm′). Dit kan alleen anders zijn als de werknemer nog reële re-integratiemogelijkheden heeft.

Wat houdt de Regeling compensatie transitievergoeding in?
De wetgever vond het onwenselijk dat dienstverbanden slapend worden gehouden en heeft daarom in juli 2018 de Wet compensatie transitievergoeding aangenomen.
Werkgevers die na 104 weken arbeidsongeschiktheid de arbeidsovereenkomst beëindigen en de werknemer een transitievergoeding betalen, kunnen deze vergoeding vanaf 1 april 2020 terugvorderen bij het UWV.
De compensatieregeling geldt met terugwerkende kracht voor arbeidsovereenkomsten met arbeidsongeschikte werknemers die zijn geëindigd op of na 1 juli 2015. De regeling geldt niet als het einde van de 104 weken arbeidsongeschiktheid vóór die datum lag. Verzoeken ter compensatie voor beëindiging van de arbeidsovereenkomsten na 1 juli 2015 kan de werkgever vanaf 1 april 2020 indienen bij het UWV.

Welke vergoeding moet u nu betalen?
De Hoge Raad vindt dat de werkgever de wettelijke transitievergoeding moet betalen zoals die zou hebben gegolden bij beëindiging direct na het bereiken van de 104 weken arbeidsongeschiktheid. In zaken waarin het UWV een loonsanctie heeft opgelegd, is dat de dag nadat de loonsanctie is geëindigd.

Meer vragen en antwoorden over slapende dienstverbanden en de regeling compensatie transitievergoeding in het Q&A-document Slapende dienstverbanden (december 2019).

Deel dit artikel via: Deel dit artikel via Whatsapp Deel dit artikel via Twitter Deel dit artikel via Facebook Deel dit artikel via Linkedin Deel dit artikel via Mail
aanmelden