28 augustus 2020

Tips om jongeren te interesseren voor medezeggenschap

Jongeren in de OR
OR-verkiezingen bij de De Bijenkorf Amsterdam, in 1963. Het enthousiasme was groot, vooral bij kandidaat Toon Huigen, werkzaam op de afdeling etalage en reclame. Op de foto hangt hij verkiezingsposters voor zichzelf op aan de gevel van de winkel. Beeld uit het AWVN-jubileumboek Geheugen van de polder (2019). Collectie Spaarnestad | Jacques Klok

Meer jongeren in de OR! Tips om jongere werkenden voor medezeggenschap in het algemeen en de ondernemingsraad (OR) in het bijzonder, te interesseren. En een korte analyse waarom er onder hen weinig animo is voor medezeggenschap, ofschoon ook zij dit wel degelijk belangrijk vinden.

De Wet op de Ondernemingsraden (WOR) stamt uit 1950 en bestaat in 2020 dus 70 jaar. Reden voor een feestje? Jazeker, want het belang van medezeggenschap binnen ondernemingen heeft zich in die jaren onmiskenbaar bewezen. Maar het jubileumjaar is ook het moment om de balans op te maken.

De omstandigheden waaronder organisaties functioneren zijn bijzonder dynamisch geworden. Is medezeggenschap via de ondernemingsraad (OR) voldoende adequaat om hier op in te spelen? En hoe zit het met de representatieve vertegenwoordiging? Wordt de stem van alle werkenden in de onderneming voldoende gehoord? Onderzoek laat zien dat met name flexwerkers en jongeren – vaak ook groepen die samenvallen – ondervertegenwoordigd zijn.

En dat terwijl de stem van jongeren er juist ook toe doet in ondernemingen. Meer jongeren in de OR, dus. De Commissie Bevordering Medezeggenschap (CBM) van de SER heeft een voorlichtingscampagne op touw gezet om dit te bewerkstelligen, een campagne die AWVN van harte ondersteunt.

Analyse

OR zoekt jongeren…
Ondernemingen hebben er belang bij dat alle werkenden in de onderneming zich – al of niet door vertegenwoordigers – laten zien en horen. Via de ondernemingsraad is deze inbreng formeel geregeld. De samenstelling van de OR, het vertegenwoordigend orgaan van werkenden, is onevenwichtig.
Uit een in 2017 uitgevoerd onderzoek OR Trends blijkt dat in ondernemingsraden veel ouderen zitten. Een OR bestaat gemiddeld gezien uit circa 17% jongeren, terwijl 36% van de werkzame beroepsbevolking uit jongeren onder de 36 jaar bestaat.

De vraag is hoe kunnen meer jongeren enthousiast en actief betrokken worden bij medezeggenschap. Hoe sluit je aan bij de behoeften van jongeren? Want jongeren vinden medezeggenschap wel belangrijk, zo blijkt uit onderzoek. Ze tonen alleen weinig animo voor de OR en lidmaatschap ervan.

Wat interesseert werkenden in medezeggenschap?
• Loopbaanontwikkeling
• Bestuurlijke ervaring
• Positieve bijdrage aan CV
• Belangen behartigen collega’s
• Meepraten en -beslissen
• Invloed uitoefenen
• Financieel-economische onderwerpen
• Personeelsbeleid en arbeidsvoorwaarden
• Strategische onderwerpen

Waarom is dat? Jongeren uit de AWVN-netwerken laten daar weinig twijfel over bestaan: lange zittingstermijnen, onduidelijk wat de OR doet, stoffig en ouderwets imago, onderwerpen spreken niet aan, het wordt niet gestimuleerd.
De antwoorden laten zien dat de ondernemingsraad als voertuig van medezeggenschap weinig aantrekkingskracht uitoefent op jongeren. Dat is jammer, want medezeggenschap is van iedere werkende in de onderneming, ook die van jongeren. De input van alle werkenden draagt bij aan het beter functioneren van de onderneming en daarmee het draagvlak voor dat functioneren.

Obstakels
Er bestaat dus een wirwar van redenen voor jongeren, voor werkenden in het algemeen, om niet deel te nemen aan medezeggenschap, meer specifiek de OR. De reden ligt soms bij werkenden zelf (‘geen behoefte’) en soms bij de werkgever (‘geen behoefte’). Er zijn ook ondernemingen waar andere vormen van medezeggenschap bestaan.

Medezeggenschap kan onder druk staan omdat degenen die zich hiermee bezighouden weinig ondersteuning ondervinden van collega’s en leidinggevenden. In het verlengde hiervan geven zij bijvoorbeeld aan zich bezwaard te voelen richting hun directe collega’s. Het kan ook zijn dat werkenden zich niet veilig voelen of benauwd zijn dat medezeggenschapsactiviteiten negatief uitpakken voor promotie of verdere ontwikkeling.
Het komt voor dat werkenden zichzelf niet capabel vinden voor het medezeggenschapswerk of er zijn puur praktische bezwaren rond tijd (‘onhandige vergadermomenten’) en geld (‘wegvallen toeslagen’; ‘prestatieafhankelijke beloning’). Vaak ligt het eenvoudiger.

Onbekend maakt onbemind. In ondernemingen waar medezeggenschap niet leeft, weten veel werkenden niet wat een ondernemingsraad doet. Kennis over medezeggenschap ontbreekt eenvoudigweg. Het imago van de medezeggenschap speelt een rol. Soms zit dat bij een bestuurder die niet uitstraalt de medezeggenschap serieus te nemen. Soms zit het bij de ondernemingsraad zelf als die zich als een gesloten groep opstelt.

De veranderende beroepsbevolking is ook van invloed. Van jongeren is bekend dat zij wel willen meepraten, maar niet zoveel voelen voor het zich langere tijd verbinden aan een ondernemingsraad.
Dit feit wordt nog versterkt doordat het aantal flexwerkers en uitzendkrachten in ondernemingen sterk is toegenomen. Juist deze groepen vallen vaak samen met de jongeren in een onderneming. Voor deze groepen sluit de medezeggenschap – bijna per definitie – minder goed aan bij de werkomstandigheden.

Aanpassingen WOR op til
Op dit moment, augustus 2020, is de termijn voor actief kiesrecht zes maanden en de termijn voor passief kiesrecht twaalf maanden. De Commissie Bevordering Medezeggenschap (CBM/SER) geeft in overweging gelijke termijnen te hanteren voor actief en passief kiesrecht en stelt voor beide wettelijke termijnen te verkorten naar drie maanden.
Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Koolmees heeft in een kamerbrief van 30 juni 2020 aangegeven voornemens te zijn het voorstel van de CBM/SER over te nemen en de wettelijke termijnen voor actief en passief kiesrecht te verlagen naar 3 maanden. Daarbij blijft de mogelijkheid bestaan om van deze wettelijke termijnen af te wijken.

Elf tips om participatie te bevorderen

Niet over, maar met… !
Dat veel jongeren medezeggenschap belangrijk vinden, betekent niet vanzelf dat zij actief gaan participeren. Daar moet wat voor gebeuren en velen – vaak in onderling samenspel – kunnen daarin een rol spelen: de werkgever, de ondernemingsraad, de jongere zelf.
Jongeren willen graag meepraten over het bedrijf waar zij werken. Zij willen invloed uitoefenen, hun stem laten horen. Er is veel mogelijk. Per onderneming kan dat er verschillend uitzien. De tips hieronder geven hiervoor aanknopingspunten op specifieke punten. Er zijn een paar algemene uitgangspunten om meer jongeren in de OR te krijgen:
• praat met jongeren, niet over jongeren
• betrek jongeren bij thema’s die aansluiten op de eigen belevingswereld
• respecteer de eigen zelfstandigheid en verantwoordelijkheid
• sluit aan bij de professionaliteit van jongeren
• maak gebruik van moderne communicatiemiddelen.

A. Beeldvorming
Jongeren zijn niet erg enthousiast over het instituut ondernemingsraad, maar zij onderschrijven wel het belang van meepraten.

Tip 1 Oud ontmoet jong. Het bij elkaar brengen van ondernemingsraad(leden) en jonge medewerkers in een organisatie kan drempels slechten, omdat ze – door met elkaar in gesprek te gaan – meer inzicht en begrip over en weer voor elkaar krijgen. Leer elkaar kennen.

Tip 2 Voorbeeldgedrag helpt. Een bestuurder of een HR-manager die het belang van medezeggenschap daadwerkelijk uitstraalt, die jong of ‘jong van geest’ is, kan jongeren enthousiasmeren voor de medezeggenschap en ze over de streep trekken. Jongeren zelf kunnen die ambassadeursrol uiteraard ook op zich nemen.

B. Onbekend maakt onbemind
Er is weinig kennis bij jongeren over de OR en medezeggenschap. Wat is een OR, wat houdt het in? Waarom is medezeggenschap van belang? Hoe kan een jongeren daarin een bijdrage leveren?

Tip 3 Proeven en ruiken. Laat jongeren in de OR een tijdje meedraaien of in een commissie om hen te laten ervaren wat medezeggenschap inhoudt. Zorg dat jongeren een buddy krijgen. Laat je als ondernemingsraad zien tijdens het introductieprogramma van nieuwe jonge werkenden. Maak kennis en ga met jongeren in gesprek. Laat een jongere met belangstelling niet bungelen. Geef er direct opvolging aan als jongeren belangstelling hebben.

Tip 4 Goede voorlichting lijkt vanzelfsprekend, maar dat is het niet. Voorlichting over medezeggenschap, het lijkt soms een ‘moetje’. Voortdurende zorg is het parool. Met voorlichting kan koudwatervrees (‘ben ik daarvoor geschikt?’) bij werkenden worden weggenomen.

Tip 5 Er zijn genoeg ondernemingen die actief vorm geven aan nieuwe vormen van medezeggenschap. De lessen en ervaringen van deze ondernemingen kunnen als inspirerend voorbeeld dienen om meer jongeren in de OR te krijgen. Denk aan inspiratiesessies, meet ups, pressurecooker-projecten, medezeggenschapsfestival.

C. Kort, inhoudelijk, resultaat
Veel jongeren houden niet van een vaste werkwijze en vergadercultuur, vaste tijden en plaatsen. Ze werken en leven in toenemende mate digitaal.

Tip 6 Jongeren gaan graag aan de slag met concrete vraagstukken – themagericht en in korte tijd – en het verzinnen van oplossingen hiervoor. Hou rekening met de belangstellingssfeer van jongeren en betrek ze vroeg in projecten. Laat zien wat er met input gebeurt en wat het resultaat is van de inspanningen (‘what’s in it for me?’).

Tip 7 Laat projecten en werkwijzen op de digitale werkelijkheid aansluiten. Bijvoorbeeld door anders met elkaar te communiceren: informeler, via sociale media, met medezeggenschapsapps en vlogs, visueel aantrekkelijk.

Tip 8 In veel ondernemingen – zeker de grotere – bestaan jongerennetwerken. Deze netwerken zijn bij uitstek geschikt om als bestuurder of als ondernemingsraad de medezeggenschap onder de aandacht te brengen. Nog geen jongerenplatform? Stel er één in om ook meer jongeren in de OR te interesseren!

Tip 9 Organiseer themabijeenkomsten of stel een themagroep in met onderwerpen die aansluiten bij de belevingswereld van jongeren. Zorg dat je jongeren via die weg leert kennen en de jongeren de medezeggenschap.

D. Veranderingen binnen de medezeggenschap zelf
Medezeggenschap doe je samen. Natuurlijk is er een wettelijk kader, maar het zijn de leden van de ondernemingsraad zelf die namens de werkenden samen met de bestuurder hieraan vorm geven.

Tip 10 Er zijn ondernemingsraden waar ‘beroepsleden’ de trom slaan. Vaak oudgedienden die een zwaar stempel drukken op de OR-cultuur. Overweeg aanpassing van het OR-reglement door een maximum aan te brengen van bijvoorbeeld twee zittingstermijnen. Heb aandacht voor modernisering van het reglement: kortere en/of flexibelere zittingstermijn, proefperiode, duo-lidmaatschap.

Tip 11 Verandering van spijs doet eten. Denk aan andere vergadertechnieken. Weg met de tafel: staand overleg (op een andere plek). Probeer andere vergadervormen. Jongeren zijn vooral geïnteresseerd in meepraten, meedenken, meebeslissen over thema’s die hen raken (in de bouwsector bijvoorbeeld over veiligheid en arbeidsomstandigheden; in de industrie over milieu en klimaat; in de logistiek over flex-beleid e.d.)

Deel dit artikel via: Deel dit artikel via Whatsapp Deel dit artikel via Twitter Deel dit artikel via Facebook Deel dit artikel via Linkedin Deel dit artikel via Mail
aanmelden