BOVAG denkt vooruit in toekomstbestendige pensioenvisie

Begin 2018 discussieert de politiek nog volop over nieuwe wet- en regelgeving rond de pensioenen. BOVAG – de brancheorganisatie van ondernemers die zich met mobiliteit bezighouden – wilde zich daar op voorbereiden en ontwikkelde een eigen pensioenvisie voor de komende decennia.

Vraagstuk

In Nederland wordt aan allerlei tafels volop gediscussieerd over het toekomstbestendig maken van het pensioenstelsel. Enkele trends tekenen zich al af. Zo moet het pensioenstelsel transparanter, met meer keuzevrijheid voor de deelnemers. Verder willen vrijwel alle partijen af van de intergenerationele solidariteit, waarbij de jongeren betalen voor de ouderen. Tot slot moeten er heldere eigendomsrechten komen.

Toch is de Nationale Pensioendiscussie voorlopig nog niet afgerond. Partijen worden het maar niet eens en de uitgezette lijnen zijn niet concreet genoeg om op basis daarvan afspraken te kunnen maken over de eigen (branche)pensioenregeling.

BOVAG, de brancheorganisatie waarin negenduizend ondernemers in de mobiliteit zich hebben verenigd, kan echter niet langer wachten. Want de vraag naar arbeid van de aangesloten garagebedrijven, tankstations en rijwielhandelaren verandert snel. Onder meer door de ‘elektrificatie’ en de komst van de zelfrijdende auto komt er steeds minder vraag naar zware beroepen en steeds meer naar mensen die zijn opgeleid in marketing, ict en hoogwaardige techniek. Het veranderende werknemersprofiel vraagt ook om een andere, adequate pensioenregeling. Maar hoe regel je dat als de Nationale Pensioendiscussie maar niet tot een einde komt?

Oplossing

BOVAG besloot de uitkomsten van de landelijke discussies niet langer af te wachten en een ‘stip op de horizon’ te zetten. Een klankbordgroep, bestaande uit leden, medewerkers en directie van BOVAG is de eerste helft van 2018 regelmatig bijeengekomen om een ‘pensioenvisie’ te ontwikkelen. Deze visie moet leiden tot een pensioenregeling als een aantrekkelijke arbeidsvoorwaarde. Maar de visie moet ook fungeren als een toetssteen, om de komende decennia nieuwe ontwikkelingen te kunnen beoordelen. Zo moet worden voorkomen dat er steeds opnieuw discussie ontstaat over de pensioenregeling. De klankbordgroep is ondersteund door de AWVN-pensioenadviseurs Driss Bouamrani en Pascal Scheenstra.

De mensen van BOVAG bogen zich over drie belangrijke thema’s. In de eerste plaats over de doelstellingen die BOVAG heeft met de pensioenvoorziening. De tweede vraag was hoe de consistentie en synergie met de overige arbeidsvoorwaarden te waarborgen. In laatste plaats is er gesproken over wat de pensioenregeling mag kosten.

Resultaat

In september 2018 ligt er een gedegen en doordachte visie op wat de automotive-branche verwacht van een pensioenstelsel, uitgewerkt in zeven pensioenprincipes. Zo moet het stelsel wel marktconform zijn, maar hoeft de branche niet voorop te lopen. De kosten mogen niet verder stijgen. Ook als de Nationale Pensioendiscussie aanpassingen nodig maakt, mogen die niet leiden tot hogere kosten voor werkgevers. Omscholing op inzetbaarheidstrajecten worden gefinancierd uit scholingsfondsen, niet uit pensioengeld.

Wat betreft de keuzemogelijkheden, opteert BOVAG voor een mix: het werkgeversdeel van de premie (boven een bepaald salarisniveau) kan alleen worden gebruikt voor het ouderdomspensioen, het werknemersdeel kent meer flexibiliteit. Een goede informatievoorziening over de pensioenregeling moet ervoor zorgen dat de werknemers afgewogen keuzes kunnen maken. Tot slot moet de uitvoering van de regeling effectief en efficiënt zijn.

Volgens Peter Niesink, directeur van BOVAG, is er met de pensioenvisie een goede basis gelegd voor een adequate pensioenregeling. Dat resultaat is volgens hem mede te danken aan de ondersteuning vanuit AWVN door de pensioenadviseurs Pascal Scheenstra en Driss Bouamrani. “Pascal en Driss nemen een enorme deskundigheid mee. Als we even niet wisten hoe het nu precies zit met de doorsneepremie, hadden we de deskundigheid direct aan tafel en kon de discussie weer verder. Pascal was meer de gespreksleider, maar hij liet het gesprek wel gaan. Beiden stelden voortdurend vragen. Soms zetten ze de zaak op scherp: als je daar linksaf afgaat in plaats van rechtsaf, besef je dan wel dat dát de consequenties zijn? Die aanpak leverde een goede discussie op en uiteindelijk een set hele gedegen principes.”

Over BOVAG en de inzet van AWVN

De geschiedenis van BOVAG gaat terug tot 6 mei 1930. Op die avond besloten veertig garagehouders in het Utrechtse café-restaurant ‘Noord-Brabant’ zich te verenigen in de Bond Van Automobielhandelaren en Garagehouders. Bijna negentig jaar later is BOVAG uitgegroeid tot dé brancheorganisatie van ondernemers in de mobiliteitsbranche. Negenduizend personenauto- en truckdealers, algemene auto-, tweewieler-, caravan-, aanhangwagen-, motorenrevisie-, autoverhuur- en wasbedrijven, verkeersopleidingen, schadeherstelbedrijven, autogroothandelaren, restauratiebedrijven en tankstations zijn lid. De gezamenlijke omzet bedraagt circa 43 miljard euro en de sector biedt werk aan 87.000 mensen.

BOVAG lobbyt, adviseert en organiseert kwaliteitszorg, onder meer door middel van het bekende BOVAG Keurmerk. Daarnaast is BOVAG een werkgeversorganisatie die de cao afsluit en zich bezighoudt met arbeidsomstandigheden en onderwijs.

AWVN heeft een bijdrage geleverd aan de totstandkoming van de BOVAG-pensioenvisie door de discussie te faciliteren en te leiden, zonder deze te sturen, vertelt pensioenadviseur Pascal Scheenstra. “We hebben de klankbordgroep van BOVAG eerst meegenomen in de ontwikkelingen in pensioenland en in de verhoudingen tussen werkgevers en werknemers. Vervolgens hebben we een discussie georganiseerd aan de hand van stellingen om zo te achterhalen hoe de deelnemers tegen pensioen aankijken. Soms hebben we heel erg doorgevraagd om de zaken scherp te krijgen.’”

Scheenstra benadrukt nog eens dat hij en zijn collega Driss Bouamrani op geen enkel moment hebben geprobeerd de discussie te sturen. “Het was belangrijk dat de pensioenvisie een gedragen visie zou zijn. Er moet niet alleen draagvlak zijn binnen de klankbordgroep, maar ook in de branche. Autodealers moeten zich erin kunnen vinden, maar ook de herstelbedrijven, de rijwielhandelaren en de tankstations.”

Deel dit artikel via: Deel dit artikel via Whatsapp Deel dit artikel via Twitter Deel dit artikel via Facebook Deel dit artikel via Linkedin Deel dit artikel via Mail
aanmelden