Bevoegdheden OR bij beloningsbeleid

De Wet op de ondernemingsraden (WOR) geeft de Ondernemingsraad verschillende opties om invloed uit te oefenen op het beloningsbeleid binnen de organisatie. De meeste van onderstaande bepalingen gelden voor alle organisaties met een OR. Sommige bepalingen enkel gelden voor bepaalde (grotere) organisaties.

Artikel 31, lid 1 WOR
Voor alle organisaties
De ondernemer is verplicht desgevraagd alle inlichtingen en gegevens te verstrekken die de OR voor de vervulling van zijn taak nodig heeft. Elke OR kan op grond van deze bepaling informatie over beloningsbeleid opvragen als de OR dit voor de vervulling van zijn taak redelijkerwijs nodig heeft.

Artikel 28, lid 3 WOR
Voor alle organisaties
De OR heeft mede de taak om in het algemeen te waken tegen discriminatie in de onderneming en het bevorderen van gelijke behandeling van mannen en vrouwen, alsmede de inschakeling van gehandicapten en minderheden. Ook dit kan te maken hebben met beloningsbeleid.

Artikel 31d en 31e WOR
Voor organisaties met 100 werknemers. Tevens niet van toepassing indien 1) sprake is van een BV en een van de bestuurders of commissarissen een natuurlijk persoon is die direct of indirect een aanmerkelijk belang in het aandelenkapitaal heeft of 2) sprake is van een beperkte verplichting jaarcijfers te publiceren (conform art. 2:396 en 2:397 BW).
Verplicht bestuurder om de OR ten minste eenmaal per jaar schriftelijk te informeren over hoogte en inhoud van arbeidsvoorwaardelijke regelingen. Dit betreft informatie over arbeidsvoorwaarden en beloningsverhoudingen, inclusief primaire en secundaire beloningselementen van groepen werknemers, het bestuur en het toezichthoudend orgaan. Deze informatie moet ook worden verstrekt bij belangrijke tussentijdse wijzigingen. De informatie mag niet herleidbaar zijn tot individuen. Het bestuurder mag daarom informatie over minder dan vijf werknemers bundelen, door bijvoorbeeld functies samen te voegen.

Artikel 31b lid 1 en lid 2 WOR 
Voor alle organisaties
De ondernemer dient daarnaast ten minste eenmaal per jaar schriftelijk algemene gegevens aan de OR over het sociaal beleid te verstrekken, alsmede mondeling of schriftelijk de verwachtingen over personeelsbezetting en sociaal beleid in de komende jaren.

Artikel 23, lid 2 WOR
Voor alle organisaties of organisaties zoals beschreven bij artikel 31d en 31e WOR
Elke OR kan de arbeidsvoorwaarden en beloningsverhoudingen ook op elk moment bespreken tijdens het overleg met bestuurder.
Organisaties waarop artikel 31d WOR van toepassing is, moeten dit ten minste eenmaal per jaar tijdens een overlegvergadering bespreken.
Elke OR mag ongevraagd, schriftelijk en onderbouwd voorstellen te doen omtrent deze onderwerpen aan de bestuurder (initiatiefrecht, artikel 23, lid 3 WOR).

Artikel 24 WOR
Voor alle organisaties
Verplicht OR en bestuurder om 2x per jaar de algemene gang van zaken binnen de organisatie te bespreken. Dit kan gebruikt worden voor het bespreken van (hoofdlijnen van) het beloningsbeleid.

Artikel 27, lid 1c WOR
Voor alle organisaties
De OR heeft daarnaast instemmingsrecht bij vaststelling, wijziging of intrekking van een regeling met betrekking tot belonings- of een functiewaarderingssysteem.
Relevant kan ook zijn het instemmingsrecht op het gebied van een regeling met betrekking tot pensioen, winstdelingsregeling of spaarregeling (lid 1 a), met betrekking tot aanstellings-, ontslag- of bevorderingsbeleid (lid 1 e) of met betrekking tot de personeelsbeoordeling (lid 1 g).
Let wel: de OR heeft géén instemmingsrecht als de toepasselijke cao dit al uitputtend regelt. Instemmingsrecht ziet niet op primaire arbeidsvoorwaarden. Dit brengt met zich dat de OR bijvoorbeeld geen instemmingsrecht heeft op de hoogte, maar wel op de systematiek voor de belonings- of functiewaardering.

Update Maaike Hilhorst, 1/2023

Deel dit artikel via: Deel dit artikel via Whatsapp Deel dit artikel via Twitter Deel dit artikel via Facebook Deel dit artikel via Linkedin Deel dit artikel via Mail
aanmelden