Geschiedenis AWVN: jaren zestig tot en met negentig

Van de roerige jaren zestig tot het einde van de eeuw: de geschiedenis van AWV(N) van 1960 tot en met 1999.
Lees hier de meest recente geschiedenis van AWVN, in de 21ste eeuw.

1960 Naar Den Haag?

AWV zoekt nog naar een geschikte locatie voor het nieuwe kantoor, maar er heeft zich een ‘nieuw element’ aangediend. Het CWSV en het Verbond van Nederlandse Werkgevers (VNW) hebben plannen om te fuseren (hetgeen op 1 januari 1968 ook inderdaad realiteit zou zijn; beide organisaties gingen toen op in het Verbond van Nederlandse Ondernemingen, VNO). Zij hebben AWV-voorzitter Beukema toe Water laten weten een kantoorpand in Den Haag te willen betrekken. Er is een lobby gaande om AWV ook in dat pand onder te brengen. Een belangrijk voordeel van inwoning zou zijn dat AWV meer invloed krijgt op de besluitvorming in het Haagse. Het hoofdbestuur van AWV, dat zich in februari over de verhuismaterie buigt, aarzelt. Verschillende leden achten het tegenovergestelde denkbaar: dat de invloed van de centrale werkgeversorganisaties op AWV zo groot wordt dat de – relatieve – onafhankelijkheid van AWV verloren gaat. Twee maanden later, tijdens de HB-vergadering in mei, beslecht de zelfstandigheidsdrang het pleit. AWV kiest voor een eigen kantoorpand en blijft in Haarlem. AWV laat aan de Liedsevaart, hoek Westelijke Randweg een nieuw kantoor verrijzen dat ontworpen zal worden door het architectenbureau van professor H.T. Zwiers. Hem staat ‘een bescheiden doch doeltreffend, modern pand’ voor ogen.
Overigens was dit niet de eerste keer dat er vanuit Den Haag pogingen zijn gedaan AWV naar de Hofstad te halen. Al in 1923, zo blijkt uit de notulen van de HB-vergadering van 20 juni van dat jaar, wil de Vereniging van Nederlandse Werkgevers (vanaf 1926 Verbond van Nederlandse Werkgevers, in 1945 opgegaan in het CWSV) dat AWV bij hen komt inwonen. De VNW betaalt namelijk gedeeltelijk de kosten van het Centraal Overleg dat dan nog bij AWV is ondergebracht, maar kampt met budgettaire problemen. Een verhuizing van AWV naar het kantoor van de VNW zou die kunnen verlichten. Het HB-bestuur van AWV bedankt daarvoor.

AWV blijft groeien. De vereniging telt 234 individuele leden, 28 lid-verenigingen en 10 buitengewone leden. Het aantal CAO’s waarbij AWV is betrokken, is inmiddels opgelopen tot 150.
AWV telt nu vijftig personeelsleden, onder wie 19 die voor het Loontechnisch Bureau werken.

1961 Vakbondstientje

De industriële bonden – AWV is op dat moment nog vooral actief in de industriële sector – willen georganiseerde werknemers andere (lees: betere) arbeidsvoorwaarden toekennen dan ongeorganiseerde. Van de uitkomsten van het cao-overleg profiteren immers, zonder dat zij daarvoor een financiële bijdrage leveren, ook de niet bij de vakbonden aangesloten werknemers, luidt de redenatie. En ook de werkgevers spinnen garen bij het georganiseerde overleg: zij hoeven niet met werknemers afzonderlijk afspraken te maken over de arbeidsvoorwaarden. AWV vindt discriminatie tussen georganiseerde en ongeorganiseerde werknemers binnen de onderneming onaanvaardbaar en wijst het voorstel af. Een commissie, waarin AWV en de (drie) industriële bonden zitting hebben, wordt in het leven geroepen die zich over het vraagstuk gaat buigen.
Vijf jaar later, in 1966, is de commissie eruit. AWV erkent het belang van het georganiseerd overleg en acht voor het goed functioneren daarvan een gezonde vakbeweging noodzakelijk. Er komt een afspraak tot stand die bekend wordt als de AWV-werkgeversbijdrageregeling (in de wandelgang: het vakbondstientje). AWV-leden betalen, op basis van vrijwilligheid, tien gulden per werknemer die onder de werkingssfeer van de cao vallen. De op te richten Stichting Fonds Industriële Bonden int de bijdragen en financiert daarmee bepaalde, regelmatig opnieuw te omschrijven vakbondsactiviteiten.
De regeling tussen (zoals de betrokken organisaties nu heten:) AWVN, FNV Bondgenoten, CNV BedrijvenBond en De Unie bestaat tot op de dag van vandaag. De hoogte van het vakbondstientje is inmiddels wel opgelopen en was in 2017: € 20,31.

1964 Nieuw kantoorpand gereed

Het nieuwe kantoorpand van AWV is gereed. De officiële opening vindt plaats op 3 juni. AWV is nog een typische vereniging, de band met de leden is diep. Niet alleen de gift die AWV in 1959 ontving voor de bouw van het kantoor van de leden, getuigt daarvan. Tal van leden hebben belangeloos materialen beschikbaar gesteld om het kantoor te bouwen en in te richten. De leden en de AWV-medewerkers duiden het kantoorpand aan de Leidsevaart bij de opening liefkozend aan met ons eigen home.
Bouw AWV-kantoor en opening 1964

1968 Organisatiebureau AWV

Het Loontechnisch Bureau van AWV (zie 1953), dat inmiddels 25 man in dienst heeft, verandert van naam: Organisatiebureau AWV.

1969 Einde geleide loonpolitiek

Er komt, met de zogeheten Loonwet-Roelvink, een officieel einde aan de na de Tweede Wereldoorlog ingevoerde geleide loonpolitiek. Deze bleek in de praktijk al lang niet meer te handhaven. De jaren zestig stonden bekend als de periode van koppelbazen en zwarte lonen; loonexplosies als die in 1964 (die gingen dat jaar met 15% omhoog) kwamen feitelijk dan ook neer op het witten van zwarte lonen.
Het definitief loslaten van de geleide loonpolitiek betekent werk aan de winkel voor AWV. Doordat de verantwoordelijkheid voor de af te sluiten arbeidsovereenkomsten – en dus ook voor het benutten van de ontstane loonruimte – vrijwel geheel bij de contracterende partijen komt te liggen, komen er meer cao’s tot stand. Eind 1969 is AWV betrokken bij 212 cao’s.

1974 Maatregelen in verband met oliecrisis

Inwerkingtreding van de Machtigingswet op 12 januari. Deze maatregel is volgens de overheid nodig in verband met de situatie die ontstaan is doordat de OPEC de olie-export heeft beperkt (‘de oliecrisis’) en vanwege de sterke stijging van het algehele prijsniveau. De wet, die uiteindelijk van kracht is tot 1 januari 1975, maakt het mogelijk een pakket arbeidsvoorwaarden bindend vast te stellen. Daarnaast maakt de wet het mogelijk ook in te grijpen op andere terreinen van inkomensvorming, zoals salarissen van ambtenaren, tarieven van beoefenaren van vrije beroepen en huren. Door deze overheidsingreep ontstaat er op arbeidsvoorwaardelijk vlak betrekkelijke rust. Maar niet voor lang: al snel is automatische prijscompensatie, APC, onderwerp van onderhandelingen.
De jaren zeventig zijn bijzonder roerig. Er vinden forse herstructureringen plaats in vele bedrijfstakken, die tot tal van arbeidsconflicten leiden. Vooral in de scheepsbouw, de metaal- chemische, papier-, karton- en de baksteenindustrie doen zich sluitingen en inkrimpingen voor. AWV is betrokken bij opstellen van sociale plannen.

1979 ORBA

OrbaAWV presenteert z’n eigen functiewaarderingssysteem ORBA®. ORBA – de naam is afgeleid van Organisatiebureau AWV – is gebaseerd op de Uitgebreide Genormaliseerde Methode (UGM). Het zal uitgroeien tot de meest toegepaste functiewaarderings- en indelingsmethode in Nederland: tegenwoordig is van zo’n anderhalf miljoen werknemers de functie volgens ORBA beschreven en gewaardeerd.

1980 Regionalisatie

Op 22 oktober opent AWV z’n eerste vestiging buiten Haarlem: kantoor Haren (later verhuisd naar Groningen). Het is het begin van de regionalisatie. Twee jaar later heeft AWV ook een kantoor in Zutphen (later: Apeldoorn).
Later zou de werkgeversvereniging, behalve in Groningen en Apeldoorn, ook vestigingen in Rotterdam, Roermond – en sinds de verhuizing van het hoofdkantoor naar Den Haag in 2007 – ook weer in Haarlem krijgen.

1980 Zelf een ondernemingsraad

AWV telt 100 werknemers; nummer 100 is Lilian Barends. Nu de magische grens van 100 werknemers is bereikt, krijgt ook de werkgeversvereniging zelf een ondernemingsraad. Door het uitdijende personeelsbestand is een nijpend huisvestingsprobleem ontstaan; zelfs in de bergingskelder zijn werkplekken ingericht. In 1981 zal een deel van het kantoorpersoneel naar een dependance verhuizen, dat zich eveneens aan de Leidsevaart bevindt. Ook worden er dan plannen ontwikkeld om het hoofdkantoor uit te breiden, maar vanwege de economische recessie waarin Nederland zich bevindt, verdwijnen die (tijdelijk) in de ijskast.

1982 Voorzitter-directeur

Rudy van Wijk treedt aan als voorzitter-directeur: de voorzitter van de vereniging krijgt dus als directeur ook de dagelijkse leiding over het bureau van AWV. Van Wijk, afkomstig van sigarenfabrikant Ritmeester, is de eerste voorzitter-directeur in de geschiedenis van AWV(N). Zijn latere opvolger, J.P. Munting, is ook voorzitter-directeur. Mees Hartvelt, afkomstig van Crown Van Gelder is, in de periode 2010-2013, de laatste voorzitter die tevens de functie van algemeen directeur bekleedt.

1982 Akkoord van Wassenaar

Nederland bevindt zich in een diepe recessie. Het werkloosheidscijfer is opgelopen tot 12%. Eind november komt het Akkoord van Wassenaar tot stand. In grote lijnen komt het erop neer dat werkgevers, werknemers en overheid loonmatiging overeenkomen in ruil voor arbeidsduurverkorting.
Met dit akkoord, officieel ‘Centrale aanbevelingen inzake aspecten van een werkgelegenheidsbeleid’ geheten, komt er een einde aan de periode van arbeidsonrust die al begin jaren zeventig inzette. Het Akkoord van Wassenaar betekent een belangrijk keerpunt in de arbeidsverhoudingen; werkgeversorganisaties en vakbonden weten elkaar weer te vinden.

1985 Kantooruitbreiding

Het DB en het HB geven groen licht voor de plannen ‘tot uitbreiding van het AWV-kantoor en aanpassing van het bestaande pand’. Het plan komt er op neer dat er een nieuwe vleugel zal verrijzen, die vrijwel haaks op het bestaande pand komt te staan. Het nieuwe deel zal qua opzet en vormgeving nauw aansluiten op het oude deel.
AWVN-kantoor midden jaren negentigOp 12 en 13 juni 1987 vindt de officiële ingebruikname van de nieuwbouw aan de Leidsevaart 594 plaats.
In de jaren die tot aan de verhuizing naar Den Haag volgen, zal het kantoorpand nog twee uitbreidingen ondergaan. In 2000 wordt de naast het hoofdkantoor gelegen conciërgewoning bij het pand getrokken; in 2001 komt op de parkeerplaats een fors uitgevallen portocabin te staan die een rechtstreekse verbinding krijgt met de entree van het hoofdgebouw.

1995 Industrie én dienstverlening

AWV schaft een belangrijke statutaire beperking af. Niet langer is AWV gebonden aan de industriële sector, ook bedrijven en organisaties uit de dienstverlening kunnen zich bij de werkgeversvereniging aansluiten. Overigens was al vanaf halverwege de jaren zestig het strikt hanteren van de scheiding tussen industrie en diensten in de praktijk vaak niet meer goed mogelijk.

1997 Fusies

Nadat op 1 januari 1996 Scheepvaartvereniging Noord en scheepvaartvereniging Zuid in AWV zijn opgegaan, volgt op 1 januari 1997 het Adviesbureau Arbeidszaken NCW. Deze fusie is aanleiding voor een naamsverandering: AWV wordt AWVN. Dat staat voor Algemene Werkgeversvereniging VNO-NCW (voluit: Verbond van Nederlandse Ondernemingen – Nederlandse Christelijke Werkgeversvereniging). Kortweg AWVN, dus…
Door deze fusies en door autonome groei, zijn bij AWVN ruim 850 bedrijven aangesloten en bijna zestig brancheverenigingen. Het aantal AWVN-medewerkers schommelt rond de 180 m/v.

Deel dit artikel via: Deel dit artikel via Whatsapp Deel dit artikel via Twitter Deel dit artikel via Facebook Deel dit artikel via Linkedin Deel dit artikel via Mail
aanmelden