Loonaangifte
Het Besluit IKV wordt aangepast om het beter uitvoerbaar te maken. De beoogde invoeringsdatum van het (aangepaste) Besluit IKV, 1 januari 2028, blijft voorlopig gehandhaafd.
Via de loonaangifte verstrekken werkgevers (loon)gegevens over werknemers aan de overheid. Werkgevers verstrekken deze gegevens door het aangeven van een inkomstenverhouding (IKV), een administratieve eenheid per rechtsbetrekking. De gegevens in een IKV worden opgenomen in de polisadministratie en vervolgens maken diverse uitvoeringsorganisaties en andere afnemers daarvan gebruik voor het uitvoeren van hun wettelijke taken. In 2021 is het Besluit IKV gepubliceerd om de definitie en de regels voor het gebruik van de IKV in regelgeving vast te leggen. Het uitgangspunt van het besluit is elke dienstbetrekking of uitkeringsverhouding apart op te geven als een afzonderlijke IKV.
Besluit IKV complex
Maar uit signalen uit de praktijk is gebleken dat dit uitgangspunt bij uitkeringen op grond van de Ziektewet (ZW) en de Wet arbeid en zorg (Wazo) voor werkgevers en andere inhoudingsplichtigen ingewikkeld is. Daarom is de inwerkingtreding van het Besluit IKV meerdere keren uitgesteld. Inmiddels is besloten om het Besluit IKV te vereenvoudigen.
Administratieve lasten
De IKV-regels in het gepubliceerde Besluit IKV leidden destijds tot zorgen bij werkgevers, salarisprofessionals en ontwikkelaars van salarissoftware. Zij waarschuwden voor een grote administratie lastenverzwaring en toenemende complexiteit in de uitvoering.
Om tegemoet te komen aan deze zorgen is er door het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, samen met alle stakeholders, hard gewerkt aan maatregelen om de complexiteit en de regeldruk die zou ontstaan bij inwerkingtreding van het gepubliceerde Besluit IKV terug te dringen. De uitkomsten hiervan zijn gepubliceerd in een brief aan de Tweede Kamer.
Beter uitvoerbaar maken
De aangekondigde maatregelen moeten het Besluit IKV beter uitvoerbaar maken waardoor onder meer de regeldruk voor werkgevers wordt verminderd. Het gaat hierbij om een drietal maatregelen.
1. Het verwerken van werkgeversbetalingen Ziektewet (ZW) en Wet arbeid en zorg (Wazo) in de loonaangifte
Kort samengevat wordt het besluit zo aangepast dat werkgevers de werkgeversbetalingen van uitkeringen ingevolge de ZW en Wazo in dezelfde IKV moeten opgeven als het loon. Daarmee wordt aangesloten bij de huidige praktijk, en wordt de regeldruk voor werkgevers niet vergroot.
2. Wetsvoorstel vereenvoudiging premieheffing bij werkgeversbetalingen
Over uitkeringen, dus ook uitkeringen die via de werkgevers worden betaald, zijn premies voor de werknemersverzekeringen verschuldigd. De premies op de werkgeversbetaling kunnen verschillen van de premies die over het loon uit de dienstbetrekking moeten worden betaald. Er komt een wetsvoorstel dat regelt dat op werkgeversbetalingen van ZW- en Wazo-uitkeringen en op het loon uit de dienstbetrekking dezelfde premiepercentages van toepassing worden. Werkgevers hoeven de werkgeversbetaling en het loon ook voor de premieheffing niet langer gescheiden aan te geven in de loonaangifte. Dit betekent minder regeldruk voor werkgevers.
3. Het verwerken van opvolgende dienstbetrekkingen in de loonaangifte
De regels in het Besluit IKV sluiten zoveel mogelijk aan bij het arbeidsrecht. Als er arbeidsrechtelijk een nieuwe arbeidsovereenkomst ontstaat, dan moet de werkgever die in een nieuwe IKV aangeven. Zo wordt elke arbeidsovereenkomst in een afzonderlijke IKV zichtbaar in de polisadministratie.
Maar in de praktijk geven de meeste werkgevers op dit moment een opvolgende dienstbetrekking aan in de IKV van de eerdere arbeidsovereenkomst. Het Besluit IKV wijkt dus af van de praktijk. Daarom wordt het gewijzigd. Kern van de wijziging is dat arbeidsovereenkomsten die elkaar zonder onderbreking opvolgen in de bestaande IKV moeten worden aangegeven. Dit sluit aan bij de huidige praktijk. Dat voorkomt afbreuk van de kwaliteit van gegevens en het voorkomt extra regeldruk voor werkgevers.
Invoeringsdatum
De beoogde invoeringsdatum van het aangepaste Besluit IKV van 1 januari 2028 blijft voorlopig gehandhaafd. Voorwaarde is wel dat de wetgeving ruim op tijd klaar is, zodat werkgevers en uitvoeringsorganisaties voldoende tijd hebben om zich voor te bereiden op de wijzigingen.
