Als u een overeenkomst van opdracht (ovo) sluit met een zzp’er, dan is het gebruikelijk om bepalingen op te nemen wat er gebeurt op het moment dat bijvoorbeeld de Belastingdienst op basis van de holistische weging van alle feiten en omstandigheden en op basis van de Deliveroo-criteria besluit dat de werkgever niet werkt als zelfstandige, maar in feite in dienstbetrekking werkzaam is bij de opdrachtgever. U dus. De Belastingdienst kan immers een andere afweging maken dan u en de zzp’er.
U kunt in de ovo een bepaling opnemen waarbij u met de zzp’er afspreekt dat mocht sprake zijn van een dienstverband, u de nageheven loonheffingen (loonbelasting en premies volksverzekeringen) doorbelast aan de zzp’er. Echter: de premies werknemersverzekeringen en de inkomensafhankelijke bijdrage aan de Zorgverzekeringswet die u als werkgever moet afdragen, mag u niet doorbelasten aan de zzp’er. Deze premies zijn een werkgeverslast.
In 2025 zal de Belastingdienst geen verzuim- of vergrijpboetes opleggen. Dat volgt uit het handhavingsbeleid van de Belastingdienst. Vanaf 2026 zullen wel boetes worden opgelegd. Als de Belastingdienst een boete oplegt, kunt u afspreken dat ook deze voor rekening van de zzp’er komt. Een rechter kan bepalen dat het verhalen van een boete die is opgelegd aan een opdrachtgever/werkgever ingaat tegen de maatstaven van redelijkheid en billijkheid. De praktijk zal echter moeten uitwijzen hoe zich dit verder ontwikkelt.
Pensioenopbouw
Als een zzp’er achteraf werknemer blijkt te zijn geweest, dan kan het zijn dat hij vanaf de aanvang van de werkzaamheden recht had op pensioenopbouw in de van toepassing zijnde pensioenregeling bij een (verplicht gesteld) pensioenfonds. Het pensioenfonds zal de totale premie (werkgever- en werknemersdeel) over het verleden op de werkgever proberen te verhalen.
Het hangt af van de grondslag van de vordering hoe ver het pensioenfonds terug kan in de tijd. De Hoge Raad besliste zeer recent in het zogenaamde Booking-arrest dat bij premievorderingen de verjaringstermijn in beginsel vijf jaar ligt na de uiterste betaaltermijn in de Pensioenwet (dat is 1 juli van het jaar daarop). Maar het pensioenfonds kan ook een schadevergoedingsvordering indienen. In dat geval is de termijn vijf jaar na bekendheid met een maximum van 20 jaar.
In de meeste gevallen kan een werkgever maximaal vijf jaar terug in de tijd om het werknemersdeel van de premie te verhalen op de werknemer. Daarbij spelen o.a. de redelijkheid en billijkheid en looninhoudingsregels een rol. Toch raden wij aan een bepaling op te nemen in de ovo dat het werknemersdeel van de pensioenpremie wordt verhaald op de – dan – werknemer.
Tip: neem in de ovo een bepaling op dat, mocht er sprake zijn van een dienstverband, de nageheven loonheffingen worden verhaald op de – dan – werknemer. Dat geldt ook voor een eventuele verzuim- of vergrijpboete die de Belastingdienst oplegt. De premies werknemersverzekeringen en de inkomensafhankelijke bijdrage aan de zorgverzekeringswet mag u niet verhalen op de – dan – werknemer.
Log in met de gebruikersnaam die je altijd gebruikt en die bij ons bekend is, maar met het wachtwoord van je bijbehorende werk- school- of privéaccount van Microsoft of Gmail
Inloggen