Logo AWVN
28 mei 2025

SER: Preventie versterken en effectievere arboregels

De SER heeft op 28 maart 2025 het advies ′Gezond en veilig werken door effectieve regels en preventie. Arbovisie 2040, deel 2′ uitgebracht.
SER, Arbovisie deel 2Het is het vervolg op het SER-advies ′Naar een werkend arbostelsel voor iedereen. Arbovisie 2040, deel 1′ uit 2023.

In het advies ‘Gezond en veilig werken door effectieve regels en preventie’ (kortweg: ‘Arbovisie, deel 2’) roept de Sociaal-Economische Raad (SER) alle betrokkenen bij arbobeleid op om intensief samen te werken en de arbeidsomstandigheden te verbeteren door effectieve arboregels en preventie op de werkvloer. Dit is belangrijk omdat zich nieuwe en veranderende arbeidsrisico’s voordoen.

Drie hoofdthema′s in Arbovisie, deel 2

In het advies richt de SER zich op drie hoofdthema’s:
1. arbeidsgerelateerde risico’s in het licht van toekomstige trends en ontwikkelingen
2. moderne, naleefbare en effectieve regels
3. arbeidsgerelateerde zorg, gericht op preventie.
Aan de hand van deze thema’s schetst de SER een aantal ontwikkelingen en doet de raad een aantal aanbevelingen.

De SER constateert dat door een aantal trends verschuivingen in werkgerelateerde risico’s ontstaan, waarbij met name de verwachte toename van PSA zorgwekkend is. Maar ook nemen de risico’s van zittend werk toe, evenals het risico op hittestress en verhoogde blootstelling aan UV-straling en gevaren door veranderingen in chemische risico’s (gevaarlijke stoffen).
Het anticiperen op nieuwe en veranderende risico’s is cruciaal en daarvoor is volgens de SER infrastructuur vereist om die risico’s vroegtijdig  te signaleren – zoals onderzoek naar de effecten van veranderingen in werkprocessen, in de beroepsbevolking en de organisatie van het werk, en naar de gevolgen van ecologische veranderingen voor gezond en veilig werken.

Het terugdringen van psychosociale arbeidsbelasting (PSA) vereist bijvoorbeeld dat er een duidelijk onderscheid is gemaakt tussen de verschillende oorzaken, zowel in de wetgeving als in de uitvoering – bijvoorbeeld door onderscheid  te maken tussen werkdruk en (seksueel) grensoverschrijdend gedrag. Het instrument RI&E moet geëvalueerd en, indien nodig, aangepast worden, zonder afbreuk te doen aan het beschermingsniveau van werkenden. Het is volgens de SER belangrijk dat de RI&E beter aansluit op de praktijk, zodat kleine werkgevers het opstellen ervan beter kunnen naleven.

‘Solide beleid voor gezond en veilig werken is noodzakelijk maar niet eenvoudig. Bovendien hebben we te maken met nieuwe wetenschappelijke inzichten en de snel veranderende werkomgeving. We leven in een tijd van ingrijpende transities zoals technologisering, globalisering, vergrijzing, flexibilisering en klimaatverandering. Dit heeft directe invloed op de aard en organisatie van werk. Zo kan de inzet van nieuwe technologie leiden tot veranderingen in de taakstructuur en het werktempo en daarmee ook in werkdruk en autonomie van werkenden.’

SER-voorzitter Kim Putters in het persbericht over ′Arbovisie deel 2′.

Preventieve arbozorg

Een belangrijk voorwaarde voor toekomstig arbobeleid gericht op preventie, omvat naar het oordeel van de raad het oplossen van de knelpunten binnen de arbozorg. Met ‘preventieve arbozorg’ wordt hier bedoeld het voorkomen van ziekte, verzuim en ongevallen door werkgerelateerde factoren.
De SER richt zich in het advies op aanpassingen binnen het huidige arbostelsel die bijdragen aan meer preventie. In dat kader pleit de SER ervoor om in de Arbowet de preventieverplichtingen in het basiscontract te verhelderen en de naleefbaarheid daarvan te vergroten. Dit kan bijvoorbeeld door op basis van de RI&E in het basiscontract te expliciteren op welke wijze preventie vorm krijgt en een budget te reserveren voor preventieactiviteiten (preventiebudget), gegeven de arbeidsrisico’s in het bedrijf. Daarnaast moet de expertise worden versterkt over kosten en baten van preventie door onderzoek naar de Nederlandse context, om voordelen van preventie-investeringen door bedrijven in kaart te brengen.

De SER doet ook de aanbeveling om door te gaan met het aanmoedigen en ondersteunen van effectieve sectorale preventie-initiatieven, vooral omdat deze aanpak schaalvoordelen en lagere kosten biedt voor sectoren met veel kleine bedrijven. Van de overheid wordt een stimulerende rol verwacht, bijvoorbeeld door werkgevers en werknemers fiscaal te stimuleren als ze inzetten op preventie. Verzekeraars kunnen bijdragen aan preventie via programma’s voor gezondheid en vitaliteit op het werk onder meer door hun klanten bewust te maken van het belang van de naleving van arboregelgeving. Tenslotte pleit de SER ervoor om de inzet van de bedrijfsarts op preventie te bevorderen. Dat kan door in de opleiding meer preventieopdrachten te geven en uit te laten voeren.
Naast deze aanbevelingen formuleert de SER onderzoeksvragen om inzicht te krijgen in de vraag welke alternatieve financieringswijzen preventie kunnen stimuleren.

Vervolg
De SER heeft in de werkagenda SER 2024–2026 opgenomen dat zij, op basis van de resultaten van onderzoek van het ministerie van SZW naar financiële prikkels, advies uitbrengt over het bevorderen van gezond en veilig werken. Daarnaast wil de SER in een vervolgadvies meenemen hoe het stelsel in preventief opzicht toekomstbestendig is te maken.

Deel dit artikel via: