31 juli 2018

Deliveroo-bezorger werkt niet op basis van arbeidsovereenkomst

De rechtbank Amsterdam heeft geoordeeld dat een Deliveroo-fietskoerier dient te worden aangemerkt als een zzp-er en niet als een werknemer.

Arbeidsrecht, DeliverooDigitale platforms zijn niet meer weg te denken uit onze maatschappij. Het leven is een stuk makkelijker geworden met apps, zoals Uber en Airbnb. Echter, het huidige arbeidsrecht is (nog) niet ingericht op de uit de relatief nieuwe platformeconomie voortkomende arbeidsverhoudingen. Platformbedrijven maken gebruik van digitale platforms. Een digitaal platform is een online marktplaats waar gebruikers (vraag) en leveranciers (aanbod) elkaar rondom een geïntegreerd pakket van producten en diensten treffen.
Een voorbeeld van een platform van Nederlandse bodem is Peerby. Dit is een digitaal platform dat faciliteert in het lenen van spullen van mensen in de buurt. Je plaatst een oproep en Peerby zoekt voor je rond. Reageert een buur, dan ontvangt de zoeker een bericht. Arbeidsrechtelijk kan de vraag worden gesteld of de aanbieder in dit geval dient te worden gezien als werkgever van de product- en/of dienstaanbieder.

Deliveroo

Deliveroo is ook een platformbedrijf. Op 23 juli 2018 heeft de rechtbank Amsterdam geoordeeld dat een Deliveroo-fietskoerier dient te worden aangemerkt als een zzp-er en niet als een werknemer. Wat speelde er in de Deliveroo-uitspraak?

In dit blog informeren de advocaten en juristen van AWVN u geregeld over actuele arbeidsrechtelijke ontwikkelingen

De bezorger is op 4 juni 2016 bij Deliveroo in dienst getreden als maaltijdbezorger op basis van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd. Per e-mail van 1 november 2017 bericht Deliveroo de werknemers in de toekomst alleen nog maar op basis van het flexibele zelfstandige fee per delivery-betaalmodel te werken. Op 2 november 2017 bericht de bezorger dat hij graag op basis van dit ‘zzp-model’ wenst te werken. Partijen sluiten daartoe op 14 november 2017 een overeenkomst van opdracht. Bezorger heeft zich vervolgens bij de Kamer van Koophandel ingeschreven als eenmanszaak met als doelomschrijving ‘bezorgen voor Deliveroo’. Bezorger heeft na 14 november 2017 regelmatig bestellingen geweigerd. In december 2017 heeft hij van de 18 aangeboden bestellingen 11 orders geweigerd, in januari 2018 heeft hij van de 37 aangeboden orders er 17 niet geaccepteerd. Bezorger gebruikt tijdens zijn werkzaamheden voor Deliveroo de kleding en thermobox van Deliveroo, die hij al tijdens zijn arbeidsovereenkomst in gebruik had en na het aangaan van de overeenkomst van opdracht van Deliveroo mocht houden. De bezorger stelt zich thans op het standpunt dat sprake is van een arbeidsovereenkomst in plaats van een overeenkomst van opdracht.

Bedoeling en feitelijke uitvoering

De kantonrechter beoordeelt de kwestie conform de heersende jurisprudentie op basis van twee vragen:
1. wat was de bedoeling van partijen?
2. hoe is vervolgens feitelijk uitvoering gegeven aan de overeenkomst?

Bedoeling van partijen: geen arbeidsovereenkomst
Uit de overeenkomst blijkt duidelijk dat partijen geen arbeidsovereenkomst wensten aan te gaan, maar een overeenkomst van opdracht. Bezorger heeft zich conform de overeenkomst van opdracht ingeschreven bij de Kamer van Koophandel. De bezorger is aldus de rechter bewust als zelfstandige gaan werken.

Feitelijke uitvoering van de overeenkomst Deliveroo vindt niet dat sprake is van een gezagsrelatie (de aanwezigheid daarvan is een belangrijke voorwaarde voor het ontstaan van een arbeidsovereenkomst). De bezorger moet zich houden aan bepaalde veiligheidsinstructies. Het geven van instructies maakt niet dat er direct sprake is van een gezagsrelatie. Ook het feit dat de toekenning van een opdracht via een app verloopt, maakt niet dat sprake is van een arbeidsovereenkomst. Deliveroo erkent dat zij gebruik maakt van een algoritme om te bepalen wie de bestelling als eerste aangeboden krijgt. Anderzijds staat het aldus Deliveroo een ingelogde bezorger altijd vrij om een bestelling te weigeren, waarna de bestelling aan een andere bezorger zal worden aangeboden. Er is, volgens Deliveroo, geen sprake van een rankingsysteem, waarbij de best presterende bezorger van de bezorgers die op dat moment is ingelogd als eerste een bestelling krijgt aangeboden. Al is van een direct rankingsysteem geen sprake, vaststaat wel dat bezorgers die naar de maatstaven van Deliveroo goed presteren priority acces krijgen om een tijdvak in een zone te reserveren en daardoor meer kans hebben om op gewilde tijden bestellingen aangeboden te krijgen. Daar staat tegenover dat ook bezorgers die naar de maatstaven van Deliveroo minder goed presteren nog steeds (zij het later dan degenen met voorrang) tijdvakken kunnen boeken. Eveneens bestaat de mogelijkheid zonder van tevoren tijdvakken te boeken in te loggen en de op dat moment aangeboden bestellingen te bezorgen, al bestaat daarbij de kans dat een tijdvak in een bepaalde zone al is volgeboekt. Hoewel het systeem van priority acces zou kunnen duiden op (een vorm van) gezag van Deliveroo ten aanzien van bezorger, is het gebruik van dit systeem onvoldoende om te kunnen concluderen dat sprake is van gezag als bedoeld in artikel 7:610 BW, aldus de rechter.
Een ander belangrijke omstandigheid is ook dat de werkzaamheden niet persoonlijk hoeven worden te verricht. Ook mag de bezorger tegelijkertijd werkzaam voor een concurrerend bedrijf zijn.

Tot slot het feit dat de bezorger nog steeds Deliveroo-kleding draagt, maakt niet dat sprake is van een arbeidsovereenkomst. Dit vloeit niet voort uit een verplichting, maar uit een gewoonte (hij had de kleding nog liggen), aldus de rechter.
De rechter overweegt tot slot dat als de bezorger moet worden beschermd, de wetgever aan zet is. De vraag is of de wetgever aan dit verzoek gehoor zal geven. AWVN-advocaten volgt eventuele ontwikkelingen op de voet.

Alle omstandigheden relevant

Gezien alle feiten en omstandigheden vind ik deze uitspraak passen binnen de heersende leer. Zowel de bedoeling van partijen als de feitelijke uitvoering is in dit geval gericht op een overeenkomst van opdracht. Belangrijk is wel om te realiseren dat in dit soort zaken alle omstandigheden van het geval relevant zijn (de zogenoemde holistische weging). Details kunnen de doorslag geven.
Werknemers nemen geregeld het standpunt in dat, ondanks de gesloten overeenkomst van opdracht, toch sprake is van een arbeidsovereenkomst. De reden hiervoor is dat ze aanspraak willen maken op loondoorbetaling bij ziekte, een transitievergoeding, pensioen of ontslagbescherming behoeven. Het is daarom goed om bij het aangaan van een overeenkomst van opdracht te beoordelen of sprake is van een gezagsrelatie. Ook in de overeenkomst van opdracht dient hier aandacht aan te worden besteed. AWVN-advocaten kan u hierbij desgewenst ondersteunen.

Deel dit artikel via: Deel dit artikel via Whatsapp Deel dit artikel via Twitter Deel dit artikel via Facebook Deel dit artikel via Linkedin Deel dit artikel via Mail
aanmelden