Het transitieplan, de basis voor de overgang

Iedere werkgever in Nederland met een pensioenregeling moet, samen met de werknemersvertegenwoordiging, een transitieplan (laten) opstellen. Het wijzigen van de pensioenregeling komt tot stand in het arbeidsvoorwaardenoverleg; er moeten afspraken worden gemaakt over bijvoorbeeld de contractkeuze, invaren en compensatie.

 

Het transitieplan vormt de basis voor de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel. Alle keuzes, overwegingen en berekeningen die ten grondslag liggen aan de transitie naar de nieuwe pensioenregeling zijn hierin opgenomen.
Voor pensioenregelingen bij pensioenfondsen geldt dat dit plan definitief moet zijn op 1 januari 2025. Dat betekent dat voor die tijd de werknemersvertegenwoordiging het eens moet zijn met de gemaakte afspraken. Voor werkgevers met een pensioenregeling bij een verzekeraar of een PPI, geldt 1 oktober 2026 als uiterste datum waarop het transitieplan gereed dient te zijn.

Routekaart Wet toekomst pensioenen

voorkant brochure routekaart wet toekomst pensioenWat moet er allemaal gebeuren voordat u het transitieplan kunt opstellen? Hoelang duren de verschillende stappen? We hebben dit voor u op een rij gezet in de routekaart Wet toekomst pensioenen.

Wat houdt het transitieplan in?

Het transitieplan beschrijft de aanpassing van de pensioenregeling, de afspraken over invaren, de afspraken over het inzetten van pensioenvermogen voor compensatie en vulling van een eventuele solidariteitsreserve of risicodelingsreserve, de afspraken over adequate en kostenneutrale compensatie en de verantwoording van de evenwichtigheid van al deze afspraken.

1. Doelstelling transitie
Om de overgang naar het nieuwe stelsel op een goede manier te kunnen verantwoorden, is het van belang om de huidige pensioenregeling inclusief aanvullende (vrijwillige) regelingen te beschrijven. De doelstellingen van sociale partners bij de transitie zijn een belangrijk onderdeel van het transitieplan. Onder andere koopkrachtbehoud en de hoogte van de premie kunnen hierbij belangrijke onderwerpen zijn. Uiteindelijk moet op basis van kwantitatieve maatstaven zijn aangetoond of de doelstellingen met de gemaakte afspraken bereikt worden.

2. Keuze pensioenregeling
Een belangrijke keuze die sociale partners moeten maken is die tussen een solidaire of een flexibele premieregeling. De overwegingen en doelstellingen die hieraan ten grondslag liggen, moeten in het transitieplan worden opgenomen. Denk daarbij bijvoorbeeld ook aan resultaten van een deelnemersonderzoek.
Ook moet duidelijk zijn wat de consequenties zijn van de keuzes die gemaakt – voor zowel de huidige medewerkers als de gewezen deelnemers en de pensioengerechtigden. De keuze voor een bepaalde premieregeling brengt verder aanvullende keuzes met zich mee over het vormen van eventuele reserves en aanvullende regelingen. Ook deze keuzes moeten vastgelegd worden.

3. Invaren bij pensioenfondsen
Wijziging van de pensioenregeling heeft in principe geen gevolgen voor de opgebouwde pensioenen. De Wtp heeft het begrip “invaren” geïntroduceerd. Dat wil zeggen het omzetten van opgebouwde pensioenen onder het huidige pensioenstelsel naar kapitaal in het nieuwe pensioenstelsel. Invaren staat te boek als standaard. Het verzoek tot invaren moeten sociale partners bij het pensioenfonds doen. Van het standaard-invaarpad kunnen sociale partners gemotiveerd afwijken. De motivatie of sociale partners wel of geen verzoek tot invaren willen doen, dient uitgebreid aan de orde te komen in het transitieplan – aangevuld met een cijfermatige analyse alsmede een onderbouwing van de evenwichtigheid van deze keuze.

Bij uitvoering van de pensioenregeling door een pensioenfonds dient het transitieplan ook een procedure te bevatten die gevolgd moet worden als de dekkingsgraad van het pensioenfonds niet meer toereikend is om aan de gemaakte afspraken te kunnen voldoen. Denk hierbij aan alternatieve afspraken of een te volgen procedure om tot een oplossing te komen in het geval deze situatie zich voordoet.

4. Nadere invulling van het gekozen contract en vermogensverdeling
Sociale partners maken afspraken over de nadere invulling van de gekozen pensioenregeling. Denk hierbij aan de wijze van vulling van de solidariteits- of risicodelingsreserve – mocht dit deel uitmaken van de gemaakte afspraken. Ook maken sociale partners afspraken over de prioritering van de doelstelling bij de vermogensverdeling. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om de wijze waarop het vermogen wordt gebruikt voor de pensioengerechtigden voor gemiste indexaties uit het verleden.

5. Effecten van overgang naar de nieuwe pensioenregeling (transitie-effecten)
De gevolgen van de keuzes die sociale partners maken, kunnen voor verschillende leeftijdsgroepen anders uitvallen. Hierin moet door middel van wettelijk voorgeschreven berekeningen inzicht worden gegeven per leeftijdscohort (leeftijdsgroep). De doelstelling die ten grondslag ligt aan de gemaakte keuzes en de kwantitatieve maatstaven die hierbij gehanteerd worden, moeten in het transitieplan komen te staan. De manier van het berekenen van de transitie-effecten, is wettelijk voorgeschreven. De netto-profijteffecten en de pensioenverwachtingen van de overgang naar de gewijzigde pensioenregeling, moeten in beeld zijn gebracht.

6. Compensatie
Voor een evenwichtige transitie is een adequate en kostenneutrale compensatie nodig. Het afschaffen van de doorsneesystematiek kan er toe leiden dat voor verschillende groepen de toekomstige pensioenuitkomsten lager zijn dan verwacht was op basis van huidige pensioenregeling.
Afhankelijk van de transitie-effecten kunnen sociale partners vaststellen of er voor bepaalde leeftijdscohorten sprake is van een onevenredig nadeel. Zo ja, dan dienen sociale partners hiervoor een compensatieregeling vorm te geven. Een andere mogelijkheid is om de afspraken over het pensioencontract aan te passen. Een van de voorwaarden bij de transitie naar het nieuwe pensioenstelsel is dat er sprake moet zijn van adequate en kostenneutrale compensatie.

Overgangsrecht

Iedere werkgever in Nederland met een pensioenregeling is verplicht om een transitieplan op te stellen dan wel te laten opstellen. Samen met de werknemersvertegenwoordiging (vakbond en/of ondernemingsraad of de PVT), bepaalt de werkgever de inhoud van dit plan.
Er geldt echter één uitzondering. Een werkgever die vóór 1 juli 2023 een beschikbare premieregeling heeft met een stijgende premiestaffel of een middelloonregeling bij een verzekeraar, kan gebruik maken van het overgangsrecht.

De weg naar een nieuw pensioenstelsel

Wat moet er allemaal gebeuren voordat u het transitieplan kunt opstellen? Hoelang duren de verschillende stappen? We hebben dit voor u op een rij gezet in de routekaart Wet toekomst pensioenen.

Deel dit artikel via: Deel dit artikel via Whatsapp Deel dit artikel via Twitter Deel dit artikel via Facebook Deel dit artikel via Linkedin Deel dit artikel via Mail
aanmelden