19 maart 2021

Actiz: ‘Meer vaste banen? Meer interne flexibiliteit’

De meeste politieke partijen lijken het er in aanloop naar de verkiezingen van 2021 over eens: het vaste arbeidscontract moet weer de norm worden. Tegelijk willen zij het gebruik van flexibele contracten afremmen. Is dit een goed idee? AWVN vroeg het aan Actiz, de branchevereniging van organisaties in de (ouderen)zorg. De zorg is bij uitstek een sector waarin de balans tussen vaste en flexibele contracten onderwerp van gesprek is.

In de ideale wereld van Cees de Wildt, coördinator team arbeid bij Actiz, maakt het niet uit onder welke contractvorm iemand werkt. Zzp’er, flexwerker, vaste kracht: iedereen moet in staat zijn zichzelf en zijn gezin te onderhouden.

Maar de praktijk is anders. “Mensen zonder dienstverband ervaren minder zekerheden in het leven, bijvoorbeeld als het gaat om zaken als hypotheek, pensioen en loondoorbetaling bij ziekte. Daarom begrijp ik de wens van de politiek en de commissie-Borstlap om de arbeidsmarkt te hervormen. Aan de andere kant: hoe vast is vast? Ook een vaste baan kunnen mensen verliezen – kijk maar wat er gebeurt in de coronacrisis.”

Cao: 90 procent vaste banen

In de laatste cao van de vvt-sector (verpleging, verzorging en thuiszorg), waarvoor Actiz namens de werkgevers aan de onderhandelingstafel zat, staat dat de sociale partners streven naar 90 procent vaste banen. Nieuwe werknemers ondertekenen zoveel mogelijk een vaste arbeidsovereenkomst met een proeftijd van twee maanden. Werkenden met een jaarcontract krijgen ook een vast contract aangeboden.

De Wildt: “Als werkgevers willen wij mensen zekerheid bieden. Wij geloven in duurzame arbeidsrelaties; we hebben er niets aan als werkenden bij ons vertrekken. Ook de komst van de Wet arbeidsmarkt in balans speelde een rol bij deze afspraken. Sinds 1 januari 2020 betalen werkgevers een lagere WW-premie voor mensen met een vast contract en een hogere premie voor mensen met een flexibel contract.”

Minder externe, meer interne flexibiliteit

Na anderhalf jaar staat de teller op ruim 80 procent vaste banen in de sector. “Het aandeel vaste banen is toegenomen en de externe flexibele schil is aanzienlijk kleiner geworden. Daar moest in onze visie wel meer interne wendbaarheid tegenover staan. Dat zijn communicerende vaten, omdat de pieken in het werk opgevangen moeten worden. De vraag naar zorg is nu eenmaal niet altijd gelijk.”
De vvt-sector speelt hierop in met een jaarurenmodel. “Dit houdt in dat mensen de ene maand wat meer werken en de andere maand wat minder; binnen een acceptabele bandbreedte van bijvoorbeeld 10 procent van de contractuele arbeidsuren. De werkenden vinden dit prima, zolang het maar enigszins voorspelbaar en planbaar is. We hebben dan ook afgesproken dat de werkgever minimaal 28 dagen van tevoren aangeeft of extra of minder inzet gewenst is. Wil een werkgever op een later moment iets wijzigen, dan moet dat in overleg met de werknemer.”

Zzp’ers in de zorg

In de zorg heeft het aantal zzp’ers de laatste jaren een vlucht genomen. In 2009 waren er ruim 32.000 zelfstandige professionals actief in zorg en welzijn; eind 2019 telde het register van de Kamer van Koophandel er bijna 140.000. Dat is ongeveer 10 procent van het totaalaantal zorgmedewerkers in Nederland. “Mensen kiezen voor deze manier van werken omdat het hun meer regelmogelijkheden geeft,” zegt De Wildt. “Ze krijgen ruimte om hun werk-privébalans op een goede manier in te richten en hun eigen werktijden te bepalen.”

Vraag en aanbod van werk

Soms zorgt de toename van het aantal zelfstandigen voor problemen op de werkvloer. Als zzp’ers bepaalde diensten niet willen, komt het werk neer op de vaste krachten in een zorginstelling. Het risico bestaat dat zij dan overvraagd worden. De Wildt wil dit echter niet overdrijven. “Over het algemeen komen werkgever en zzp’er er in onderling overleg wel uit. Zeker in de ouderenzorg is er een schreeuwend tekort aan personeel, dus wij zijn niet in de positie om tegen zzp’ers te zijn. De kosten zijn wel een punt van zorg. Zzp’ers zijn duurder: niet door hun lonen, maar door de bemiddelingsbureaus die ertussen zitten. Actiz denkt daarom momenteel na over alternatieven om vraag en aanbod van werk bij elkaar te brengen. Wie weet kunnen digitale platforms daarbij iets betekenen.”

Zo blijft schoonmaakbedrijf Gom wendbaar

Zo blijft schoonmaakbedrijf Gom wendbaar
Deel dit artikel via: Deel dit artikel via Whatsapp Deel dit artikel via Twitter Deel dit artikel via Facebook Deel dit artikel via Linkedin Deel dit artikel via Mail
aanmelden