Een voorbeeld voor de regio
De Hogeschool Leiden is al in 2010 begonnen met het oprichten van een leer-werkcentrum, waarbij studenten als begeleiders worden ingezet, in samenwerking met Gemiva-SGV (een organisatie die ondersteuning biedt aan mensen met een verstandelijke beperking die zorg of begeleiding nodig hebben). Gemiva-SVG constateerde dat jongeren vanaf het speciaal onderwijs of dagbesteding niet meer doorstroomden naar de SW.
Die jongeren wilden ze een kans bieden. Onder anderen vanuit het Leer-werkcentrum worden mensen met en verstandelijke beperking op Hogeschool Leiden geplaatst. Nu werken er in bij de hogeschool elf mensen met een cognitieve, psychische of lichamelijke beperking, onder wie een docent die zijn hulphond meeneemt. Ze krijgen een betaalde baan (4 personen vanuit Wajong) of een werkervaringsplaats (7 vanuit WMO).
Wiep Staal, onderwijsmanager, is hier destijds uit idealisme mee begonnen, maar inmiddels is het inclusiebeleid volledig ingebed en is het een voorbeeld voor andere hogescholen en instellingen zoals het Leidse Science Park en het LUMC. Daarnaast heeft de Hogeschool Leiden ook een aantal Wajongers in de reguliere organisatie in dienst.
In het begin was er sprake van weerstand en waren er vragen, maar zodra de Hogeschool Leiden mensen in dienst nam, kwam er een verbintenis tot stand. In een afstudeeronderzoek gaf 84% van de 128 geïnterviewden medewerkers aan dat ze enthousiast waren over dit beleid. Het quotum van de Hogeschool bedraagt in totaal 28 banen.
Een goed gevulde cv-portefeuille
De Hogeschool Leiden creëert arbeidsplekken in de reguliere organisatie via bestaande vacatures en door middel van functiecreatie. HR-adviseurs van de vijf clusters kijken bij alle vacatures of deze geschikt kunnen zijn voor iemand met een beperking. Er wordt creatief mee omgegaan. Onlangs is een van de aangeboden functies gesplitst, de ene helft wordt nu ingevuld door iemand met een beperking en de andere helft door iemand zonder beperking. Ook creëert de Hogeschool functies door binnen de afdelingen te kijken welke taken blijven liggen. Een jobcoach helpt de Hogeschool met het in kaart brengen van mogelijkheden en functies.
Als er een vacature is, kijkt de Hogeschool naar alle cv’s die zijn aangeboden. De Hogeschool staat in de regio bekend om de kansen die zij biedt aan mensen met een beperking. Dit blijkt uit het aantal kandidaten dat via allerlei wegen wordt aangeboden. Op deze manier heeft de Hogeschool al een grote cv-portefeuille opgebouwd. In veel gevallen heeft hun jobcoach een profiel opgesteld met de sterke- en zwakke punten van de kandidaat, dat maakt selecteren makkelijker maakt. De selectieprocedure verloopt verder hetzelfde als bij reguliere vacatures. De desbetreffende manager krijgt de cv’s toegestuurd en kiest een aantal kandidaten.
Bij de sollicitatiegesprekken is de jobcoach aanwezig als schakel tussen kandidaat en manager. Wiep Staal: “Geschikte kandidaten bieden we een proefplaatsing van twee maanden. Dan zien we waar iemands talenten liggen en waar juist niet. Op basis hiervan bepalen we de zwaarte, de functie-inhoud en de salarisschaal.”
Praktijkervaring voor studenten
Studenten van de Hogeschool Leiden dragen actief bij aan het inclusiebeleid als onderdeel van hun studie. Hierdoor doen zij praktijkervaring op en maken ze de uitvoering van het beleid mogelijk.
In de hogeschool is een-op-een begeleiding nodig. Er zijn veel prikkels in de school, ook daarom is veel begeleiding nodig. Eerste- en tweedejaars studenten SPH, HRM, psychologie en sociaaljuridische dienstverlening kunnen solliciteren naar de functie van buddy/maatje. Sommige studenten krijgen hiervoor studiepunten vanuit hun vrije keuzeruimte, gericht op beroepsoriëntatie.
Wiep Staal en de jobcoach van Gemiva werken de studenten in. Bij de eerste ontmoeting van de studenten met de arbeidsbeperkte werknemers is ook de vorige studentbegeleider aanwezig om een en ander uit te leggen en het ijs te breken. Er is een intervisiegroep opgericht zodat studenten elkaar kunnen helpen bij het vinden van oplossingen voor uitdagingen en om van elkaar te leren.
Wiep Staal: “Dit is niet alleen goed voor de arbeidsbeperkte werknemers, ook voor de studenten is het ontzettend leerzaam. Helemaal als ze nog nooit deze doelgroep hebben ontmoet, maar in de toekomst wel met ze gaan werken. We geven de studenten kansen om echt te oefenen en ze doen het heel goed. Je ziet aan studenten dat ze het na een jaar begeleiding geven erg moeilijk vinden om afscheid te nemen. Ze hebben zich echt gehecht aan deze mensen. Daaraan zie je hoe waardevol dit is.”
Daarnaast doen studenten uit allerlei studierichtingen onderzoek binnen de Hogeschool naar dit onderwerp. Aan de orde komen vragen als: wat is de beste begeleiding, hoe zit het juridisch in elkaar, hoe doe je een assessment waarbij je de juiste informatie naar boven haalt, etc. Groepjes studenten van verschillende studies gaan bij de werknemers en begeleiders langs voor interviews. Wiep: “Al die verzamelde kennis bundelen we voor zowel intern als extern gebruik, als een soort kennisbank.”
De Hogeschool heeft onlangs een convenant getekend met SW-bedrijven uit de omgeving waarin is afgesproken dat zij in vier jaar tijd gaan onderzoeken of de Participatiewet echt werkt als vervanging van de WSW. Studenten zullen kleine onderdelen van dat onderzoek uitvoeren.
Gepubliceerd 2015/2016