Arbeidsverhoudingen van de toekomst

Arbeidsverhoudingen van de toekomstDe arbeidsverhoudingen in 2025, hoe zien die eruit? Dat was de centrale vraag van het AWVN-project ′Schatkamers van de toekomst′ dat in 2012 startte. Doel was het beschrijven van verschillende toekomstperspectieven voor de Nederlandse arbeidsverhoudingen om AWVN en haar leden te ondersteunen bij het maken van strategische beleidskeuzes.

Leden van AWVN, wetenschappers, vertegenwoordigers van vakbondsvertegenwoordigers en medezeggenschapsorganen namen, onder leiding van AWVN-beleidsadviseurs en adviseurs arbeidsverhoudingen, deel aan het project. Het resultaat was vier voorstelbare en onderscheidende toekomstscenario’s met kernvragen voor werkgevers.

Het project werd eind oktober 2013 afgerond – inmiddels ruim tien jaar geleden. Dat was in de naweeën van de kredietcrisis, economisch onzekere tijden, de arbeidsmarktkrapte was tijdelijk naar de achtergrond gedrongen, thuiswerken was in veel organisaties nog ondenkbaar. De wereldwijde corona-epidemie moest nog komen, net als de oorlog in Oekraïne.

Wat is ervan bewaarheid? Oordeel zelf.

Arbeidsverhoudingen van de toekomst | Scenario 1 en 2

Scenario 1 Samen meer

Arbeidsverhoudingen van de toekomstSchets algemene situatie
De mentaliteit is ‘samen meer’ in een situatie van nulgroei. Het scenario vindt plaats in een wereld met centrale sturing. De maatschappelijke en politieke koers is pragmatisch, technocratisch, kapitalistisch én egalitair. Werkgevers handelen binnen de kaders van nationale economische doelen en prioriteiten.
Na een moeizaam economisch begin van het nieuwe millennium ontstond rond 2018 draagvlak voor een wezenlijk andere politiek. Pragmatische technocraten kregen de ruimte om te werken aan banen en welvaart. Bedrijfswinsten worden afgeroomd ten behoeve van het collectief. Werkloosheid wordt vermeden door bedrijven te verleiden tot omscholingsprogramma’s. Waar werkloosheid zich voordoet, zorgt de overheid voor verplicht werk en omscholing in ruil voor een basisinkomen. Er is actief arbeidsmarktbeleid.
Er wordt een groot beroep gedaan op ieders aanpassingsvermogen: de fysieke en mentale fitheid. De overheid treedt nadrukkelijk op in de persoonlijke levenssfeer. Het is een wereld van gelijke kansen, maar geen gelijke uitkomsten.
Nationale overheden werken plannen uit die passen binnen een Europees economisch plan. Nederland kent een ministerie voor Planvorming. Er is werk voor en participatie door iedereen. Wie uit het arbeidsproces valt, wordt verplicht naar ander werk toe geleid. Er is een collectieve zorgverzekering.

Arbeidsverhoudingen in dit scenario
Vakbonden ondersteunen de nationale politiek door te legitimeren en te coördineren. Arbeidsrelaties worden geregeld op basis van collectieve arrangementen. De nationale cao is een feit. Die stelt kaders voor met name beloning, arbeidstijden, omscholing en medezeggenschap. Loon wordt ingeruild voor werk- en omscholingsgaranties. Medezeggenschap is gericht op het realiseren van doelen op bedrijfsniveau.
De gerichtheid op ‘samen meer’ brengt outputsturing met zich mee. Er is ruimte voor tijd- en plaatsonafhankelijk werken op basis van vertrouwen. In de arbeidsrelatie ligt de nadruk op flexibiliteit in ruil voor werkgarantie en investeringen in duurzame inzetbaarheid en vitaliteit.
De focus ligt op talentmanagement. Arbeidsovereenkomsten voor onbepaalde tijd zonder baangarantie voor het leven zijn dominant. De inkomensverschillen zijn niet extreem.
Hard werken en jezelf ontwikkelen wordt beloond. Wil je rijk worden, dan zal je zelf moeten ondernemen. Naast een redelijk loon liggen de belangrijkste arbeidsvoorwaarden op het gebied van duurzame inzetbaarheid, opleiding en omscholing. Deze zijn niet vrijblijvend en nadrukkelijk gerelateerd aan de bedrijfs- of sectordoelen.
Het pensioen is inmiddels een basisvoorziening en sober. De pensioenleeftijd is verhoogd naar 70 jaar.

Scenario 2 Samen duurzaam

Arbeidsverhoudingen van de toekomstSchets algemene situatie
Het parool in het scenario ‘samen duurzaam’ is zuinig zijn op de planeet die ons allen verbindt. Er is veel aandacht voor welzijn van mens en dier. Er heerst een gevoel van gezamenlijke verantwoordelijkheid die tot uitdrukking komt in een grote verscheidenheid aan netwerken. De overheid staat op afstand. Materiële welvaart heeft bescheiden zeggingskracht. Voor dit scenario is een lichte economische krimp verondersteld die deels wordt gecompenseerd door een levendige ruileconomie.
De export van duurzame producten en diensten biedt kansen voor bescheiden groei in de toekomst. De beurs leidt een kwijnend bestaan. Maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) staat centraal. De samenleving is geëmancipeerd. Er is veel aandacht voor ontwikkeling, welzijn, gezondheid, kunst en zorg voor het milieu. Voor het individu is ruimte, maar de sociale druk is hoog.
Europa heeft zich ontwikkeld tot een politieke unie met veel ruimte voor nationale, regionale en lokale overheden, bedrijven en belangengroepen.
Burgers worden op talenten ingezet. Iedereen draagt verplicht bij via betaald of onbetaald werk. Het onderscheid tussen werk en privé vervaagt. De werknorm: mannen en vrouwen werken in flexibele vormen vier dagen per week. De overige tijd gaat op aan bijdragen aan de samenleving: burenzorg, vrijwilligerswerk, mantelzorg.

Arbeidsverhoudingen in dit scenario
Arbeidsverhoudingen zijn gebaseerd op solidariteit. Inzetbaarheid gedurende het hele leven (life long employability) is leidend. Kenmerkend voor de arbeidsmarkt is mobiliteit van werknemers tussen bedrijven: overstap met terugkeergarantie, detachering en uitleenconstructies.
Vakbonden staan op afstand. Samen met werkgeversorganisaties zijn zij adviseurs op het gebied van duurzaam ondernemer- en werkgeverschap. Vaak vervullen zij de rol van ombudsman die misstanden aan de kaak stelt. Er is een mix van indirecte medezeggenschap (ondernemingsraad) en directe medezeggenschap.
De solidariteit tussen medewerkers onderling en tussen medewerkers en leiding is groot. De stijl van leidinggeven is daarop geënt.
Kader-cao’s op bedrijfstak- en brancheniveau zijn aangevuld met gedetailleerde uitwerkingen op bedrijfsniveau. De arbeidsvoorwaarden staan in het teken van duurzaamheid, inzetbaarheid van mensen en vergroening van de onderneming.
Het welzijn van mensen – ruimte voor ontwikkeling, mantelzorg en duurzame inzetbaarheid – is goed geregeld. Bovendien is er ruimte voor maatwerk, zolang dat niet ten koste gaat van het collectieve belang. De immateriële component in het beloningsbeleid – het compliment, de leuke klus, ontwikkelingsmogelijkheden – is sterker geworden.

Arbeidsverhoudingen van de toekomst | Scenario 3 en 4

Scenario 3 Ik heb

Schets algemene situatie
Arbeidsverhoudingen van de toekomstMoney makes the world go round is het motto in het ‘ik heb’-scenario. Het individu staat op een voetstuk. Er is sterk geloof in eigen kracht.
Vrij ondernemerschap en concurrentie staan centraal. De markt ordent. Er is een periode van hoogconjunctuur en economische dynamiek aangebroken met groeicijfers van 3%. Er zijn veel start-ups. Failliet gaan is geen schande, je kan altijd opnieuw beginnen.
Mensen zoeken verbinding in netwerken. Personal branding – het jezelf als merk presenteren – is een sterke eigenschap. De kleine, krachtige overheid staat op afstand en beperkt zich tot de kerntaken: veiligheid en bescherming van de vrije markt.
De arbeidsmarkt is flexibel, het ontslagrecht is versoepeld. Arbeidswetgeving is minimaal. Mensen die het niet redden, hebben dat aan zichzelf te wijten.
Het neveneffect van de prestatiecultuur is uitval.  Werknemersziektes nummers één en twee zijn de burn-out en bedrijfsongevallen. De collectieve zorgverzekering wordt steeds meer afgebroken. Private klinieken domineren het zorglandschap.
Er zijn grote inkomensverschillen. Topbeloning, bonus en variabele beloning zijn populair.

Arbeidsverhoudingen in dit scenario
De verhouding tussen werkgever en werknemers is geïndividualiseerd. Toegevoegde waarde van medewerkers staat centraal. Werkgevers onderhandelen met elke werknemer afzonderlijk om tot individuele afspraken te komen. Een tweedeling onder werknemers tekent zich af: ‘de talenten’ en ‘de uitwisselbaren’.
Het ledental van vakbonden is sterk afgenomen. Vakbonden staan onder druk en zijn beperkt actief op ondernemingsniveau. Medewerkers zijn nauwelijks bereid tot collectieve actie. Beroeps- en bedrijfsbonden boeken via organizing succes. De Wet op de Ondernemingsraden is een relict uit het verleden. Leidinggeven is gericht op resultaat. Persoonlijke doelen zijn gebaseerd op onderlinge competitie, niet op samenwerking. Dat geeft ruimte voor medewerkers die zich ondernemend opstellen. Wie niet presteert, heeft geen toekomst (hire & fire). De HR-afdeling heeft de taken gesplitst naar twee doelgroepen. Talentmanagement en individueel maatwerk voor ‘de talenten’, kosten laag houden en continuïteit waarborgen bij ‘de uitwisselbaren’.
Werkgever en werknemer spreken in individuele contracten niets anders af dan strikt nodig is om de arbeidsprestatie en de beloning te omschrijven (prestatiecontract). Die soberheid is ook nodig voor juridisch sluitende afspraken. De onderhandeling vindt bilateraal plaats op basis van actuele schaarsteverhoudingen. Bij voorkeur regelt de medewerker zelf zijn pensioen en andere, meer kwalitatieve onderwerpen (all-in-one-contract).

Scenario 4 Ik ben

Arbeidsverhoudingen van de toekomstSchets algemene situatie
In het scenario ‘ik ben’ is het individu de regisseur van het eigen leven. Mensen streven naar een zo groot mogelijk welzijn. Werk en mogelijkheden om jezelf te ontwikkelen zijn indicatoren voor welbevinden. Voldoende inkomen is een hygiënefactor waarin wordt voorzien, omdat mensen hun hart volgen.
De overheid heeft de neerwaartse spiraal in de economie niet kunnen ombuigen. Er is nulgroei. Dynamiek en innovatief gedrag komt aarzelend op gang. De Leefsituatie Index toont dat het algemene welbevinden van de bevolking stabiel, maar onevenwichtig is.
Er is geen somberheid. Via opleiding en zinvolle vrijetijdsbesteding wordt de toekomstige loopbaan gunstig beïnvloedt. Individueel welbevinden en persoonlijke groei vindt plaats in netwerken. Men regelt ‘zijn zaakjes’ zelf en zoekt alleen verbinding met anderen als dat het eigenbelang dient. Dat leidt tot kleine collectieven bijvoorbeeld rond energie, woon- en mantelzorg. Ook de persoonlijke balans in werk en privé vergroot het welbevinden.
Europa heeft verantwoordelijkheden overgeheveld naar de lidstaten. Kerntaken voor de Nederlandse overheid beperken zich tot veiligheid, welzijn en een vangnet voor zwakkeren in de samenleving. Het departement van Vitaliteit en Geluk richt zich ook op kansarmen, die worden geactiveerd het heft in eigen hand te nemen. Mensen zoeken werk dat aansluit bij hun persoonlijke missie. Ondernemingen werken bewust aan hun identiteit (employer branding).
De gezondheidszorg staat op hoog niveau. De basisverzekering is sober. Voor kosten die samenhangen met het eigen leefgedrag draait men zelf op.

Arbeidsverhoudingen in dit scenario
De verhouding tussen werkgevers en werknemers is sterk geïndividualiseerd. Zowel werkgever als werknemers spelen in op eigen verantwoordelijkheid. De werknemer vraagt aan zijn werkgever om maatwerk dat zijn of haar welbevinden vergroot. De werknemer neemt zelf initiatieven en maakt zelf keuzes die de eigen inzetbaarheid en vitaliteit – geluk – bevorderen. De werkgever volgt en faciliteert.
Vakbonden spelen een beperkte rol en concurreren met one-issue-bewegingen. Ze richten zich op individuele belangenbehartiging en dienstverlening. Bij werkenden leeft sterk ‘ik maak mijn eigen deal’.
In bedrijven is medewerkersbetrokkenheid actueel. De balans tussen werk en privé, veilig en gezond werken is een terugkerend thema in de gesprekken. Gelukstrainingen zijn in zwang geraakt.
Arbeidsvoorwaarden zijn maatwerk. De oriëntatie van medewerkers op welzijn en ontplooiing leidt tot een ruime keuze aan faciliteiten op het gebied van opleiding, gezondheid, betekenisvol werk en competenties.

Beleidsaanbevelingen n.a.v. de 4 scenario's arbeidsverhoudingen

De volgende beleidsrichtingen voor werkgevers tekenden zich naar aanleiding van de scenario’s af.

Arbeidsvoorwaarden: spiegel van de samenleving
Arbeidsvoorwaarden in onderneming en bedrijfstak waaronder de cao, zijn een spiegel van de samenleving. Over de scenario’s heen is een ontwikkeling zichtbaar waarbij verantwoordelijkheden van de werkgever naar de medewerker verschuiven. Deze beweging leidt tot andere arrangementen tussen medewerkers en hun werkgever. Afgeleiden hiervan vinden we terug in de arbeidsvoorwaarden. Werkgevers en werknemers maken in alle scenario’s steeds meer afspraken die er toe leiden dat werknemers – binnen door de onderneming bepaalde bandbreedtes – zelf het initiatief nemen, zelf keuzes maken als het gaat om werk en privé. Afhankelijk van het scenario zal arbeidsvoorwaarden- en cao-vorming op verschillende niveaus worden geënt: nationaal-, bedrijfstak-, ondernemings- en individueel niveau. Niet alleen de arbeidsvoorwaarden zelf, maar ook het proces van arbeidsvoorwaardenvorming, zal mee-ademen met ontwikkelingen in de samenleving.

Investeer in onderhandelingsvaardigheden van stakeholders
In alle scenario’s is sprake van sterke interactie tussen stakeholders, hetgeen veel overleg en onderhandelen vergt. Werkgevers kunnen zulke interactie ondersteunen vanuit een besef van onderlinge afhankelijkheid en toekomstbestendigheid. Werkgevers moeten hun stakeholders leren om constructief te onderhandelen.

Blijf investeren in veranderende vakbonden
Medewerkers blijven zich organiseren om belangen te realiseren of veilig te stellen. Zij verbinden zich om – in het verlengde daarvan – adviezen of diensten af te nemen. De vormen gaan veranderen. In drie van de vier scenario’s staat de collectieve belangenbehartiging via vakbonden sterk onder druk. Hun rol is daarmee niet uitgespeeld. In die scenario’s zullen ze andere vormen van toegevoegde waarde ontwikkelen. Deze kunnen variëren van radicale acties, tot adviesrol naar de medezeggenschap of persoonlijke belangenbehartiging en dienstverlening aan individuele leden. Door de vakbonden serieus te nemen en te investeren in de relatie, kunnen werkgevers vakbonden ‘nieuwe stijl’ ondersteunen bij hun onvermijdelijke transitieproces. Dit is de beste garantie voor productieve en constructieve arbeidsverhoudingen in de toekomst.

Stimuleer integrale werknemersbetrokkenheid
In alle scenario’s krijgt medezeggenschap een ander accent, maar wellicht interessanter is dat een situatie zonder medezeggenschap zich in 2025 niet zal voordoen. Integendeel, er is veeleer een toename te zien van allerlei vormen van (directe en indirecte) inspraak. Daarnaast is er een vervlechting van de organisatie van (collectieve) arbeidsvoorwaardenvorming en medezeggenschap. Werkgevers moeten overgaan tot het stimuleren van integrale werknemersbetrokkenheid bij de ontwikkeling en uitvoering van ondernemings-, HR- en arbeidsvoorwaardenbeleid.

Ontwikkel visie op diversiteit arbeidsrelaties
De verschillende scenario’s laten uiteenlopende patronen in arbeidsrelaties en werk zien. Soms vanuit de behoefte van de werkgevers (flexibiliteit en kosten), soms vanuit de werknemers (specifieke wensen) en soms vanuit een gedeeld belang. Aan te grote diversiteit aan arbeidsrelaties kleven ook risico’s. Zo kan een te grote nadruk op flexibiliteit ten koste gaan van kwaliteit en kennisontwikkeling. Andere risico’s zijn onnodige kostenverhoging, onbestuurbaarheid van de factor arbeid en verwatering van de ondernemingsidentiteit en/of medewerkersbetrokkenheid. Een heldere visie op de diversiteit van arbeidsrelaties kan ondernemingen helpen om tot een optimale mix te komen.

Werk mee aan inclusieve arbeidsmarkt
Buiten kijf staat dat iedere werkgever op ieder moment – nu en in de toekomst – moet beschikken over een optimale personeelsbezetting. Op ondernemingsniveau zijn strategische personeelsplanning en employer branding hierin ondersteunend. Dat speelt in drie van de vier scenario’s. Maatschappelijke personeelsplanning – werken aan een inclusieve arbeidsmarkt, iedereen doet mee – speelt in drie van de vier scenario’s. Werken aan een inclusieve arbeidsmarkt wordt vanzelfsprekend.

Scherp blijven op institutionele aanpassing
De coördinatie van het sociaaleconomisch beleid blijft in ieder scenario bestaan. De daarbij behorende institutionele structuren kunnen zich – afhankelijk van de situatie – verder ontwikkelen, maar kunnen even goed eroderen. In ieder scenario zal de institutionele aanpassing anders zijn. De stakeholders binnen het systeem van arbeidsverhoudingen moet zelfkritisch en creatief zijn. De uitdaging is om mee te kunnen bewegen met veranderende omstandigheden.

Uitgebreide informatie over ′Schatkamers van de toekomst′ vindt u in onderstaande pdf’s, beschikbaar in het Nederlands en Engels.

Deel dit artikel via: Deel dit artikel via Whatsapp Deel dit artikel via Twitter Deel dit artikel via Facebook Deel dit artikel via Linkedin Deel dit artikel via Mail
aanmelden