Billijke vergoeding

De billijke vergoeding komt op verschillende plekken in de wet terug. Zo kan de werknemer de kantonrechter in een ontslagzaak verzoeken om toekenning van een billijke vergoeding als de werkgever ernstig verwijtbaar heeft gehandeld of nagelaten.

 

Ernstig verwijtbaar handelen
Wanneer er precies sprake is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten, heeft de wetgever niet nader in de wet geconcretiseerd. De memorie van toelichting geeft enkele voorbeelden van situaties waarin sprake kan zijn van ernstige verwijtbaarheid van de werkgever, te weten wanneer die een werknemer discrimineert, re-integratieverplichtingen schendt, een valse grond voor ontslag aanvoert en verplichtingen uit de arbeidsovereenkomst grovelijk niet nakomt. Dit is geen limitatieve opsomming; de uiteindelijke beoordeling of een werkgever ernstig verwijtbaar heeft gehandeld, is aan de rechterlijke macht overgelaten. Wel dienen rechters de billijke vergoeding met grote terughoudendheid toe te kennen.

Hoogte billijke vergoeding
Niet enkel de beoordeling van het begrip ‘ernstige verwijtbaarheid’ is aan de rechter overgelaten, dat geldt ook voor het bepalen van de hoogte van de billijke vergoeding. Volgens de wetgever is het in ieder geval niet de bedoeling een vaste formule zoals de kantonrechtersformule te hanteren. De Hoge Raad heeft meer duidelijkheid gebracht in de New-Hairstyle-beschikking (ECLI:NL:HR:2017:1187).
Bij de bepaling van de hoogte van de billijke vergoeding zijn in (de meeste) gevallen de volgende gezichtspunten van belang (niet-limitatief):
• de mate van verwijtbaarheid van de werkgever
• de redenen die de werknemer heeft om af te zien van vernietiging van het ontslag
•  of de werknemer ander werk heeft en welke inkomsten hij geniet
•  welke andere inkomsten de werknemer in de toekomst kan verwerven
•  of de werknemer een transitievergoeding toekomt en de hoogte daarvan
•  de waarde van het dienstverband, waarbij meespeelt
– of de werkgever de arbeidsovereenkomst op rechtmatige wijze had kunnen beëindigen
– en zo ja, op welk termijn
– of er een mogelijkheid tot loonmatiging bestond.

De Hoge Raad heeft benadrukt dat de rechter de hoogte van de billijke vergoeding dient te motiveren en ook de duur van het dienstverband een gezichtspunt kan zijn (Hoge Raad, ECLI:NL:HR:2020:955).

Update Maaike Hilhorst, 12/2022

Deel dit artikel via: Deel dit artikel via Whatsapp Deel dit artikel via Twitter Deel dit artikel via Facebook Deel dit artikel via Linkedin Deel dit artikel via Mail
aanmelden