26 juni 2018

Poen plus perspectief. Tussenevaluatie cao-seizoen 2018

In de polder gaan veranderingen ogenschijnlijk langzaam, tot je een wat grotere periode overziet. Als je het eerste half jaar van 2018 analyseert – deze tussenevaluatie is daar de weerslag van – lijkt er weinig bijzonders te gebeuren. Dit jaar zijn weer iets meer afspraken gemaakt over duurzame inzetbaarheid dan in voorgaande perioden. Afspraken die de flexibiliteit van de werknemer vergroten nemen toe. De contractloonstijging ligt elke maand iets hoger, in lijn met de gunstige economische cijfers.

Geen grootse veranderingen dus. Je zou het business as usual kunnen noemen. Dat is op zichzelf genomen trouwens goed nieuws, want wie de krantenkoppen scant kan de indruk krijgen dat het cao-overleg op omvallen staat. Dat is bepaald niet ons beeld: het gaat niet overal soepel, maar het aantal akkoorden ligt op schema en veruit de meeste bedrijven en sectoren kiezen ‘gewoon’ voor een cao met de partijen met wie ze dat altijd deden.

Maar doe nu eens een stapje achteruit en zie dat er wel degelijk een aantal grotere bewegingen gaande zijn in cao-land. Die bewegingen passen naadloos in de context van een snel krapper wordende arbeidsmarkt.

Contractlonen stijgen in 2018 snel. Op steeds meer plekken komen contractloonafspraken voor zoals die uit de vorige hoogconjunctuur van 2008. Verder is de aandacht voor oudere werknemers terug van weggeweest. Steeds meer werkenden zijn 60-plus en dat maakt langer doorwerken voor zowel werkgevers als werkenden tot een belangrijk issue. De cao is blijkbaar een goede plek – misschien wel mede omdat een pensioenakkoord op zich laat wachten – om afspraken te maken om de weg naar de hogere pensioenleeftijd te verzachten.

Een andere grotere lijn: de cao is ook steeds nadrukkelijker een instrument om de aantrekkelijkheid als werkgever en de reputatie van het bedrijf te versterken. Op de plekken waar krapte is, zien we cao-partijen een interessante balans maken tussen primaire en secundaire arbeidsvoorwaarden, met meer afspraken waaraan vooral jonge werknemers hechten, zoals extra partnerverlof.
De laatste grote lijn: in de afspraken over duurzame inzetbaarheid zien we een verschuiving van de werkgever die aan het stuur zit naar steeds meer regie voor de werknemer en van potjes voor functiegerichte scholing naar persoonlijke budgetten voor inzetbaarheid in brede zin. Het gaat misschien langzaam, maar wel gestaag.

De cao-akkoorden vormen bovendien het topje van de ijsberg van wat binnen bedrijven en sectoren gaande is. Daar zien we meer tekenen van vernieuwing. Van digitalisering van HR tot nieuwe vormen van belonen, en van substantieel meer ruimte voor ontwikkeling tot agile werken. De cao is misschien niet de veranderingsmachine die sommigen erin willen zien, maar het is wel een fundament waarop vernieuwing wordt gebouwd.

Tussenevaluatie cao-seizoen 2018 in 4 infographics

Poen plus perspectief. Tussenevaluatie cao-seizoen 2018

Deel dit artikel via: Deel dit artikel via Whatsapp Deel dit artikel via Twitter Deel dit artikel via Facebook Deel dit artikel via Linkedin Deel dit artikel via Mail
aanmelden