RIBW Brabant zet beperkingen om in talenten en creëert waarde voor de organisatie en haar cliënten

Deskundig door ervaring
RIBW Brabant is gespecialiseerd in de begeleiding en ondersteuning van mensen met een ernstige psychiatrische aandoening. Een aantal jaren geleden is de organisatie, met 480 medewerkers, een nieuwe koers ingeslagen waarbij het beleid gericht is op het verlenen van meer cliënt- en vraaggestuurde, herstel-ondersteunende zorg (HOZ).

Eén van de pijlers was om begeleiders in te zetten met ervaringsdeskundigheid op het gebied van psychiatrische klachten naast de reguliere begeleiders. René van Trijp, hoofd P&O: “Wij hebben de overtuiging dat mensen die dichtbij de cliënten staan, een andere dimensie kunnen toevoegen aan onze ‘reguliere’ begeleiders.”

RIBW Brabant vindt dat iedereen een eerlijke kans verdient in de maatschappij. Wij zien medewerkers en cliënten als twee gelijkwaardige groepen. “Deze mensen zijn ontzettend betrokken bij wat we doen als organisatie. De scheidslijn tussen medewerker en cliënt verdwijnt steeds meer, het is echt een beweging. Ik ben ervan overtuigd dat het voorbeeld van onze ervaringsdeskundigen daarin een invloedrijke factor is. Als een cliënt met tranen in zijn ogen een contract komt tekenen, zie ik hoe waardevol dat voor ze is en daar krijg ik veel energie van!”
Vanaf september 2015 is RIBW Brabant begonnen met een officiële opleiding voor ervaringsdeskundigen (zie www.howietheharp.nl).

Visie op beperking
RIBW Brabant ontwikkelde bedrijfsbeleid om mensen met een beperking in te zetten in deze organisatie. Inmiddels zijn er 30 medewerkers met diverse achtergronden werkzaam. RIBW Brabant formuleerde een nieuwe visie waarin zij zich richt op meer vraaggerichte herstelondersteunende zorg (HOZ), o.a. door het inzetten van ervaringsdeskundigen.

Het streven is om in elk team ervaringsdeskundigen te laten werken naast de reguliere begeleiders. “De deskundigheid ligt dicht bij mensen die hier al ervaring in hebben, zij kunnen de juiste snaar gemakkelijker raken dan wij als buitenstaanders. Als ik iets vertel, kunnen mensen zeggen: ‘Heb je het zelf wel eens meegemaakt, wat weet jij ervan?’ Als een ervaringsdeskundige het vertelt in zijn eigen levensverhaal werkt dat veel krachtiger, dat is echt zijn verhaal.”

Inmiddels zijn er 6 ervaringsdeskundigen in vaste dienst en zo’n 15 ervaringsdeskundige vrijwilligers, vaak ook cliënten. RIBW Brabant zet mensen met een beperking op twee manieren in. Enerzijds als kwartiermakers, in een team met 3 ervaringsdeskundigen en een teammanager. Dit team lobbyt zowel binnen als buiten de organisatie en geeft voorlichting over de inzet van ervaringsdeskundigen. Dat werpt vruchten af. Er is steeds meer draagvlak in de organisatie en mensen zien de toegevoegde waarde van deze krachten. Anderzijds als begeleiders met ervaringsdeskundigheid. Zij doen hetzelfde als de andere begeleiders, met als toevoeging dat ze binnen de teams, met hun collega’s én cliënten hun ervaringen delen.

“Wat werving betreft zet RIBW Brabant op reguliere wijze vacatures uit en neemt mensen op dezelfde manier en met dezelfde arbeidsvoorwaarden aan als andere werknemers.”

Om draagvlak te creëren heeft RIBW Brabant alle teams en medewerkers tijdens een bijeenkomst bijgepraat over ervaringsdeskundigheid. Het is een forse verandering binnen de organisatie. Sommige methodieken die RIBW Brabant al jaren gebruikt, beoordeelden de ervaringsdeskundigen niet altijd als even succesvol. Daar is opnieuw naar gekeken. René van Trijp: “Dat geeft spanning: je komt aan de professie van mensen. De begeleider is opgeleid in bijvoorbeeld SPH, heeft geleerd hoe hij moet omgaan met agressie en dat soort dingen. Die is daar trots op en hij heeft een waardevolle inbreng in het team en bij cliënten. En dan komen daar ineens ervaringsdeskundigen naast werken die niet die opleiding hebben en ook met een andere inbreng. Dan zegt zo’n ‘oude’ begeleider: ‘Hier heb ík toch mijn HBO-diploma voor gehaald?’ We hebben tegen deze begeleiders gezegd: ‘Het is geen verdringing, jullie methoden en vak zijn waardevol, maar wij denken dat er een grote toevoeging in de inzet van deze mensen met ervaringsdeskundigheid zit.’ Je ziet nu dat er steeds meer draagvlak komt onder de begeleiders.”

Beperking wordt talent
RIBW Brabant zet beperkingen om in talenten en creëert daarmee waarde voor de organisatie en haar cliënten. De organisatie onderkent steeds meer dat mensen met ervaringsdeskundigheid een waardevolle inbreng hebben. Teammanagers en teams vragen al om de ervaringsdeskundigen die nog in opleiding zijn. Het gaat uiteindelijk om de zorg voor de cliënt.

René van Trijp: “We stellen onszelf continu de vraag wat de effecten zijn van onze methoden voor onze cliënten. Bij deze evaluaties zitten ervaringsdeskundigen ook aan tafel. Zij maken ons bewust van hoe vraaggericht we wel of niet werken. Zo gaven de ervaringsdeskundigen bijvoorbeeld aan dat er veel begeleiders waren per cliënt, waardoor cliënten wel erg vaak hun verhaal moesten vertellen. Bedrijfsmatig was het niet te doen om één vaste begeleider per cliënt aan te wijzen, maar door kleinere begeleidingsteams te formeren is nu wel een deel van het probleem opgelost. Het is moeilijk om het effect van oorzaak en gevolg in cijfers uit te drukken, dat hangt met zoveel factoren samen. Wij veranderen al onze methodieken, onder andere door ervaringsdeskundigen in te zetten, maar ook door andere maatregelen. We gaan steeds meer uit van cliënten, zodat we ze nog beter kunnen helpen.“

Over de ervaringsdeskundigen zelf zegt René van Trijp: ”We willen mensen in hun kracht zetten. Zij hebben een bepaalde handicap, maar die kunnen ze omzetten in een talent. Eén van onze ervaringsdeskundige kwartiermakers is hoog sensitief. Je kunt zeggen dat dat een handicap is, maar ze kan mensen daardoor goed aanvoelen en heeft leren omgaan met deze eigenschap. We zetten haar nu in bij bijvoorbeeld sollicitatiegesprekken, daar gebruikt zij haar sensitiviteit om te bepalen of iemand goed bij onze organisatie past. Ze staat daarin volop in haar kracht en heeft echt een toegevoegde waarde. Je kunt bijna niet geloven dat ze zo zwaar in de psychiatrie heeft gezeten, ongelofelijk om dat verschil te zien.”

 

Gepubliceerd 2015/2016

Deel dit artikel via: Deel dit artikel via Whatsapp Deel dit artikel via Twitter Deel dit artikel via Facebook Deel dit artikel via Linkedin Deel dit artikel via Mail
aanmelden